Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) Nr. 865/2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 338/97 van de Raad inzake de bescherming van in het wild levende dier- en plantensoorten door controle op het desbetreffende handelsverkeer
Artikel 58 bis Commercieel gebruik van persoonlijke bezittingen en huisraad in de Unie
Geldend
Geldend vanaf 26-06-2015
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 05-02-2015. De wijziging van 15-01-2015, PbEU L 10 is ingetrokken met ingang van 26-06-2015.
- Bronpublicatie:
05-06-2015, PbEU 2015, L 142 (uitgifte: 06-06-2015, regelingnummer: 2015/870)
- Inwerkingtreding
26-06-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-06-2015, PbEU 2015, L 142 (uitgifte: 06-06-2015, regelingnummer: 2015/870)
- Vakgebied(en)
Douane (V)
1.
Commerciële activiteiten met specimens van de in bijlage B bij Verordening (EG) nr. 338/97 opgenomen soorten die in de Unie worden binnengebracht overeenkomstig artikel 7, lid 3, van die verordening, mogen door de administratieve instanties van de lidstaten alleen onder de volgende voorwaarden worden toegestaan:
- a)
de aanvrager moet aantonen dat het specimen ten minste twee jaar vóór het voor commerciële doeleinden kan worden gebruikt, in de Unie is binnengebracht, en
- b)
de administratieve instantie van de betrokken lidstaat heeft geverifieerd dat het specimen in kwestie overeenkomstig artikel 4, lid 2, van Verordening (EG) nr. 338/97 voor commerciële doeleinden had kunnen worden ingevoerd op het tijdstip waarop het in de Unie is binnengebracht.
Zodra aan die voorwaarden is voldaan, geeft de administratieve instantie een schriftelijke verklaring af waaruit blijkt dat het specimen voor commerciële doeleinden mag worden gebruikt.
2.
Commerciële activiteiten met specimens van de in bijlage A bij Verordening (EG) nr. 338/97 genoemde soorten die in de Unie zijn binnengebracht overeenkomstig artikel 7, lid 3, van die verordening, of met specimens van de in aanhangsel I bij de overeenkomst of bijlage C1 bij Verordening (EEG) nr. 3626/82 opgenomen soorten die in de Unie worden binnengebracht in de vorm van persoonlijke bezittingen en huisraad, zijn verboden.