Einde inhoudsopgave
Wetboek van Strafvordering
Artikel 6:6:4 [Openbare terechtzitting inzake tenuitvoerlegging]
Geldend
Geldend vanaf 25-07-2020
- Bronpublicatie:
24-06-2020, Stb. 2020, 225 (uitgifte: 03-07-2020, kamerstukken: 35436)
- Inwerkingtreding
25-07-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-07-2020, Stb. 2020, 286 (uitgifte: 24-07-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Tenuitvoerlegging
1.
Voor zover niet in dit wetboek anders is bepaald, vindt het onderzoek ter openbare terechtzitting plaats, overeenkomstig het bepaalde in artikel 269.
2.
Het openbaar ministerie is bij het onderzoek tegenwoordig en wordt ter zake gehoord.
3.
De veroordeelde en, indien daarvan sprake is, degene die met reclasseringstoezicht is belast kunnen bij het onderzoek tegenwoordig zijn en worden alsdan gehoord. De veroordeelde kan zich door een raadsman of, indien de zaak bij de kantonrechter wordt behandeld, door een bijzonder daartoe door de veroordeelde gemachtigde, doen bijstaan.
4.
In gevallen waarin de behandeling van de zaak niet gelijktijdig geschiedt met de behandeling van een feit waarvoor de veroordeelde wordt vervolgd, vinden de artikelen 268, tweede en derde lid, 270 tot en met 277, 278, tweede lid, 281, 284, eerste lid, 286 tot en met 297, 299 tot en met 301, 309 tot en met 311, 315, 316, 318, 319, 320, eerste en tweede lid, 322, 324, 325 tot en met 330, 345, eerste en derde lid, en 346 overeenkomstige toepassing.
5.
De in het vierde lid genoemde artikelen vinden geen toepassing voor zover deze betrekking hebben op een getuige wiens identiteit niet of slechts ten dele blijkt.
6.
Het openbaar ministerie en de veroordeelde zijn bevoegd gedurende het onderzoek wijziging te brengen in de vordering of de conclusie, onderscheidenlijk het verzoek.