Einde inhoudsopgave
Algemene pensioen- en uitkeringswet politieke ambtsdragers
Artikel 34e
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2020
- Bronpublicatie:
17-04-2019, Stb. 2019, 173 (uitgifte: 16-05-2019, kamerstukken: 35073)
- Inwerkingtreding
01-01-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-10-2019, Stb. 2019, 385 (uitgifte: 06-11-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ambtenarenrecht / Bijzondere onderwerpen
Staatsrecht / Bijzondere onderwerpen
Verzekeringsrecht / Pensioenrecht
1.
Op uitkeringen en pensioenen op grond van deze afdeling kan ten behoeve van een schuldeiser van de gewezen of gepensioneerde minister of zijn nagelaten betrekkingen een korting worden toegepast, mits de gewezen of gepensioneerde minister onderscheidenlijk zijn nagelaten betrekkingen de vordering van de schuldeiser erkent of erkennen dan wel het bestaan van de vordering blijkt uit een in kracht van gewijsde gegane rechterlijke uitspraak dan wel uit een authentieke akte.
2.
Korting is slechts in zoverre geldig als een beslag op die uitkering of dat pensioen geldig zou zijn.
3.
Beslag, faillissement, surseance van betaling en toepassing ten aanzien van de gewezen of gepensioneerde minister of zijn nagelaten betrekkingen van de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen sluiten korting uit.