Einde inhoudsopgave
Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek IJsland tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen
Artikel 28 Uitwisseling van inlichtingen
Geldend
Geldend vanaf 27-12-1998
- Bronpublicatie:
25-09-1997, Trb. 1998, 148 (uitgifte: 17-06-1998, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
27-12-1998
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-12-1998, Trb. 1998, 274 (uitgifte: 01-01-1998, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal belastingrecht (V)
Internationaal belastingrecht / Voorkoming van dubbele belasting
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
1.
De bevoegde autoriteiten van de Verdragsluitende Staten wisselen de inlichtingen uit die nodig zijn voor de uitvoering van de bepalingen van dit Verdrag of van de nationale wetgeving van de Verdragsluitende Staten betreffende de belastingen waarop het Verdrag van toepassing is, voor zover de heffing van die belastingen niet in strijd is met het Verdrag. De uitwisseling van inlichtingen wordt niet beperkt door artikel 1. Alle door een Verdragsluitende Staat ontvangen inlichtingen worden op dezelfde wijze geheim gehouden als inlichtingen die volgens de nationale wetgeving van die Staat zijn verkregen en worden alleen ter kennis gebracht van personen of autoriteiten (waaronder begrepen rechterlijke instanties en administratiefrechtelijke lichamen) die zich bezighouden met de vaststelling of invordering van, de tenuitvoerlegging of vervolging ter zake van, of de beslissing in beroepszaken met betrekking tot de belastingen waarop het Verdrag van toepassing is. Deze personen of autoriteiten mogen van de inlichtingen alleen voor deze doeleinden gebruik maken. Zij mogen de inlichtingen bekendmaken in openbare rechtszittingen of in rechterlijke beslissingen.
2.
In geen geval worden de bepalingen van het eerste lid zo uitgelegd dat zij een Verdragsluitende Staat de verplichting opleggen:
- a.
administratieve maatregelen te nemen die in strijd zijn met de wetgeving of de administratieve praktijk van die of van de andere Verdragsluitende Staat;
- b.
inlichtingen te verstrekken die niet verkrijgbaar zijn krachtens de wetgeving of in de normale gang van zaken in de administratie van die of van de andere Staat;
- c.
inlichtingen te verstrekken die een handels-, bedrijfs-, nijverheids-, commercieel of beroepsgeheim of handelswerkwijze zouden onthullen, of inlichtingen waarvan het verstrekken in strijd zou zijn met de openbare orde.
3.
De Verdragsluitende Staten kunnen aan de arbitragecommissie, ingesteld volgens de bepalingen van artikel 27, vijfde lid, de inlichtingen verstrekken die nodig zijn om de arbitrageprocedure uit te voeren. Deze inlichtingen worden verstrekt met inachtneming van de bepalingen van het tweede lid van dit artikel. De leden van de arbitragecommissie zijn met betrekking tot de aldus verstrekte inlichtingen onderworpen aan de beperkingen van openbaarmaking als omschreven in het eerste lid van dit artikel.