Rb. Overijssel, 09-04-2015, nr. C/08/167554 / KG ZA 15-40
ECLI:NL:RBOVE:2015:1944
- Instantie
Rechtbank Overijssel
- Datum
09-04-2015
- Zaaknummer
C/08/167554 / KG ZA 15-40
- Vakgebied(en)
Intellectuele-eigendomsrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBOVE:2015:1944, Uitspraak, Rechtbank Overijssel, 09‑04‑2015; (Kort geding)
Uitspraak 09‑04‑2015
Inhoudsindicatie
Verwijzingsvonnis. Vordering ziet ten dele op (inbreuk op een) gemeenschapsmerk. Voorzieningenrechter te ’s-Gravenhage exclusief bevoegd.
Partij(en)
RECHTBANK OVERIJSSEL
Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Zwolle
zaaknummer: C/08/167554 / KG ZA 15-40
Vonnis in kort geding van 9 april 2015
in de zaak van
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheidTOP TWENCE B.V.,
gevestigd te Tubbergen,
2. de vennootschap naar buitenlands recht
FIVE STARS H.K. LIMITED
gevestigd te Tsimshatsui, Kowloon, Hong Kong,
eiseressen,
advocaten: mr. dr. M.H. Elferink en mr. M.J.M. Kortier te Enschede,
tegen
de naamloze vennootschap naar Belgisch recht
GOODMARK EUROPE,
gevestigd te Kuurne, België,
gedaagde,
advocaat: mr. J.L. ten Hove te Maastricht
Partijen zullen hierna Top Twence en Goodmark genoemd worden.
1. De procedure
1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- -
de dagvaarding inclusief producties
- -
certificaat van betekening
- de akte houdende producties zijdens Goodmark.
1.2.
Vonnis is bepaald op vandaag.
2. Het geschil
2.1.
Top Twence vordert bij vonnis in kort geding, kort samengevat en uitvoerbaar bij voorraad,:
I. Goodmark te gebieden onherroepelijk, onvoorwaardelijk en met onmiddellijke ingang na het ten deze te wijzen vonnis iedere inbreuk op de intellectuele eigendomsrechten, daaronder mede doch niet uitsluitende begrepen de auteurs- en merkenrechten, van Top Twence te staken en gestaakt te houden;
II. Goodmark te gebieden haar overigens onrechtmatig handelen jegens Top Twence onherroepelijk, onvoorwaardelijk en met onmiddellijke ingang na het ten deze te wijzen vonnis te staken en gestaakt te houden;
III. Goodmark te gebieden binnen vijf dagen na het ten deze te wijzen vonnis schriftelijk en aangetekend te verklaren dat zij zich zal onthouden van enigerlei handelen in strijd met de intellectuele eigendomsrechten van Top Twence dan wel van enig ander onrechtmatig handelen jegens Top Twence in relatie met de Top Twence producten;
IV. Goodmark te gebieden iedere afbeelding en/of aanprijzing van de Goodmark Producten met onmiddellijke ingang van haar website en/of websites van derden, alsmede uit reclamemateriaal te (doen) verwijderen en verwijderd te houden;
V. Goodmark te bevelen om binnen veertien dagen na betekening van het ten deze te wijzen vonnis aan de advocaten van Top Twence een gecertificeerde verklaring van een registeraccountant te verstrekken, op basis van een door die accountant verricht zelfstandig onderzoek, betreffende:
a. de totale hoeveelheid van de door Goodmark geproduceerde inbreukmakende Goodmark producten;
b. de totale hoeveelheid van de door Goodmark verkochte inbreukmakende Goodmark producten;
c. de door Goodmark betaalde productie en/of inkoopprijs, alsmede door haar gehanteerde verkoopprijs;
d. de totale hoeveelheid van de bij de Goodmark in voorraad zijnde inbreukmakende Goodmark producten;
e. het totale bedrag van het door Goodmark als gevolg van het verhandelen van inbreukmakende Goodmark producten genoten winst;
f. de namen en adressen van alle bij het verhandelen en de productie van de inbreukmakende Goodmark producten betrokken (rechts-)personen.
VI. Goodmark te bevelen alle nog in voorraad zijnde inbreukmakende Goodmark producten aan Top Twence af te geven;
VII. al het vorenstaande op straffe van verbeurte van een dwangsom;
VIII. Goodmark te veroordelen in de kosten van deze procedure, de kosten van juridische bijstand daaronder begrepen, ten deze bepaald conform artikel 1019h Rv, tot op 2 februari 2015 begroot op € 11.432,33, alsmede te veroordelen in de nakosten en de wettelijke rente;
IX. de termijn als bedoeld in artikel 1019i Rv op negentig dagen te bepalen na de dag van het ten deze te wijzen vonnis;
X. althans zodanige voorzieningen te treffen als U E.A. voorzieningenrechter juist acht.
3. De beoordeling
3.1.
De voorzieningenrechter heeft op grond van de stukken geconstateerd dat een deel van de vorderingen in de onderhavige zaak ziet op de (beweerdelijke) inbreuk op een Gemeenschapsmerk. De voorzieningenrechter dient haar bevoegdheid te beoordelen met in achtneming van de Verordening van de Raad van de Europese Unie van 26 februari 2009
nr. 207/2009 inzake het Gemeenschapsmerk (hierna: GMVo; Publicatieblad Nr. L 078 van 24/03/2009 blz. 0001 – 0042) en met inachtneming van de Uitvoeringswet E.G.-verordening inzake het Gemeenschapsmerk (Uw GMVo; zie Stb.1998, 202).
3.2.
De GMVo kent speciale ‘rechtbanken voor het Gemeenschapsmerk’. Deze rechtbanken hebben exclusieve bevoegdheid ter zake van de in artikel 96 GMVo genoemde vorderingen betreffende inbreuk op, en geldigheid van een Gemeenschapsmerk.Ten aanzien van voornoemde vorderingen bepaalt artikel 3 van de Uw GMVo: “Voor alle vorderingen als bedoeld in artikel 92 (thans artikel 96 GMVo) van de verordening is in eerste aanleg uitsluitend bevoegd de rechtbank te ’s-Gravenhage en in kort geding, de voorzieningenrechter van die rechtbank.”Mede gelet op het streven vastgelegd in de verordening om de rechtspraak over Gemeenschapsmerken zoveel mogelijk te concentreren bij gespecialiseerde gerechten is de voorzieningenrechter van oordeel dat artikel 3 van de Uw GMVo niet onverbindend is wegens strijd met artikel 103 van die verordening.
3.3.
Op grond van het voorgaande en na het horen van partijen zal de voorzieningenrechter zich onbevoegd verklaren ten aanzien van voormelde vorderingen en de zaak op de voet van artikel 110 van het Wetboek van Burgerlijke rechtsvordering verwijzen naar de voorzieningenrechter van de rechtbank te ’s-Gravenhage als de exclusief bevoegde rechtbank voor het Gemeenschapsmerk. Nu de ingestelde vorderingen verknocht zijn en het om proceseconomische redenen alsmede om redenen van eenheid van rechtspraak van belang is dat een en dezelfde rechter over de vorderingen oordeelt, zal de zaak in overleg met partijen ook wat betreft de overige vorderingen en grondslagen worden verwezen naar de rechtbank ’s-Gravenhage.
4. De beslissing
De voorzieningenrechter:
4.1.
verklaart zich onbevoegd kennis te nemen van de betreffende vorderingen van
Top Twence, voor zover deze betreffen de (beweerdelijke) inbreuk op een Gemeenschapsmerk en verwijst de zaak in het geheel - in de stand waarin deze zich thans bevindt - naar de voorzieningenrechter van de rechtbank te ’s-Gravenhage, als de bevoegde rechtbank voor het Gemeenschapsmerk;
Dit vonnis is gewezen door mr. J.N. Bartels, voorzieningenrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 9 april 2015, in tegenwoordigheid van de griffier.