Rb. Arnhem, 24-10-2012, nr. 229537
ECLI:NL:RBARN:2012:BY2767
- Instantie
Rechtbank Arnhem
- Datum
24-10-2012
- Zaaknummer
229537
- LJN
BY2767
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Ondernemingsrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBARN:2012:BY2767, Uitspraak, Rechtbank Arnhem, 24‑10‑2012; (Eerste aanleg - enkelvoudig)
Uitspraak 24‑10‑2012
Inhoudsindicatie
Verzetzaak. Overeenkomst van opdracht. Eiser in het verzet heeft nagelaten een machtiging te tekenen die nodig was om gelden ten behoeve van een project van Rotaryclub (gedaagde in het verzet) vrij te krijgen en is daarmee jegens Rotaryclub toerekenbaar tekortgeschoten in de nakoming van de overeenkomst. Hij moet daarom de schade van Rotaryclub vergoeden. Zaak naar de rol voor uitlating door partijen over het saldo van de bankrkening, de (beslag) procedure en de schade.
Partij(en)
Vonnis
RECHTBANK ARNHEM
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 229537 / HA ZA 12-320
Vonnis in verzet van 24 oktober 2012
in de zaak van
de vereniging
ROTARYCLUB [woonplaats]
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
gedaagde in het verzet,
advocaat mr. J.J.H. van der Meijden te Culemborg,
tegen
[eiser in het verzet]
gedaagde in conventie,
eiser in reconventie,
eiser in het verzet,
advocaat mr. R.A. van Huussen te Veenendaal.
Partijen zullen hierna Rotaryclub en [eiser in het verzet] genoemd worden.
1. De procedure
1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- -
het tussenvonnis van 30 mei 2012,
- -
het proces-verbaal van comparitie van 13 september 2012.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1.
Rotaryclub is in 2006 gestart met een project ten behoeve van (de financiering van) de bouw van een school in de stad [stad] in de Afrikaanse staat [land]. Rotaryclub is hiertoe benaderd door [eiser in het verzet], die op dat moment een woning in [stad] bezat en zich in het verleden eerder met dergelijke projecten had beziggehouden.
2.2.
Ten behoeve van het project zijn fondsen verworven, daarnaast zijn onder meer Stichting De Wilde Ganzen, Cordaid en NCDO bereid gevonden het project te ondersteunen en (mede) te financieren.
2.3.
In verband met het project zijn in [land] contacten gelegd met kerkgenootschap RIPEM en diens voorganger [kerkgenootsc[kerkgenootschap] (verder ook: [kerkgenootschap]).
2.4.
Bij de stukken bevindt zich een door [eiser in het verzet] op 7 januari 2006 opgesteld document getiteld “Rotaryclub [...], Scholenproject [land]”. Hierin is onder meer opgenomen:
“Vastlegging van verantwoordelijkheden en taken.
- 1.
Initiatiefnemer en zorgdrager voor het project in zijn huidige vorm: Rotaryclub [...].
- 2.
Financiering: Rotaryclub [...], Wilde Ganzen, Rotary Foundation en overigen.
3.
Uitvoering en realisatie van het totale project qua aanvang, tijdplanning en beëindiging: Rotaryclub [...].
4.
Public relations en rapportage naar medefinanciers / sponsoren: Rotaryclub [...].
Rol van de coördinator/uitvoerder ter plaatse.
5.
[voornaam eiser in het verzet] [eiser in het verzet] is een groot deel van het jaar woonachtig in [stad], [land]. (…) Met het uitvoeren van dergelijke projecten in Afrika heeft hij ervaring. (…)
6.
Volgens zijn gedachte zou de organisatie van de uitvoering als volgt kunnen verlopen:
• [voornaam eiser in het verzet] treedt op als privé-persoon, in dienst van Rotaryclub [...]. In alle zaken die te maken hebben met dit project treedt hij op als uitvoerder voor Rotaryclub [...], óók bij het naar buiten treden met betrekking tot contacten met officiële instanties in [land] of in Nederland.
• De uitvoerder rapporteert inzake de uitvoering en financiële verantwoording uitsluitend naar Rotaryclub [...] die er op zijn beurt zorg voor draagt dat de progress reports op tijd bij de medefinanciers en sponsoren terecht komen.
• Alle belangrijke en essentiële zaken worden beslist, uitsluitend na mondeling contact en daarna bij voorkeur schriftelijke vastlegging van het overleg met Rotaryclub [...].
• De vergoeding die [voornaam eiser in het verzet] verlangt voor zijn dienstbaarheid bestaat uit: drukkosten, communicatiekosten per telefoon, internet/e.mail, portie en papier. Reiskosten zijn nauwelijks aanwezig. Wel een vergoeding wanneer zijn transportmiddelen expliciet worden gebruikt voor het Rotaryproject. Dieselbrandstof in [land]: januari 2006: € 0,62/L. Er zal geen vergoeding worden gevraagd voor tijdsbesteding aan het werk en de uitvoering ter plaatse. [voornaam eiser in het verzet] ziet de opdracht eerder als een eer dan als een plicht maar zal het gegeven vertrouwen door de opdrachtgevers, Rotaryclub [...], naar eer en geweten uitvoeren. (…)”
- 2.5.
Op 1 oktober 2006 heeft Rotaryclub een brief gezonden aan [eiser in het verzet]. In deze - door voorzitter [betrokkene A] en secretaris [betrokkene B] ondertekende - brief staat onder andere:
“Geachte Heer H. [eiser in het verzet], beste [voornaam eiser in het verzet],
Met de Rotaryclub [...] ben ik verheugd u te kunnen mededelen dat in de clubbijeenkomst Clubzaken van 28 september j.l. het besluit is genomen u formeel te verzoeken de realisatie van het scholenbouwproject in [stad] aan te vangen.
Zoals u bekend zal zijn verlangen onze sponsors alsmede de organisaties Wilde Ganzen en NCDO een aanvaardbare verslaglegging van de bestedingen. U wordt verzocht aan de door de organisaties gestelde eisen uw medewerking te verlenen. (…)”
- 2.6.
Bij de stukken bevindt zich voorts een in de Franse taal opgestelde verklaring waarin onder meer is vermeld:
“DECLARATION
nous soussignons:
Rotaryclub [...] (…)
déclarons que monsieur:
[eiser in het verzet] (…)
est competent et autorisé dans le cadre de sa function comme
Coordinateur – Exécuteur de Projet.
(mandat du Rotaryclub [...] et RIPEM à [stad] - [land])
Le projet contribue dans le cadre du développement pour la construction des complexes scolaires et dans l’apprentissage de deux langues: Français et Anglais.
Le projet aura pour domicile: [stad] – République du [land].
L’Initiateur de ce projet est l’Église RIPEM en coopération et avec financement du Rotaryclub [...] et les Oies Sauvages aux Pays Bas. Une description du projet total et complet exclusive dans les buts, les estimations devis et évaluation est disponible et pouvoir être consulté.”
- 2.7.
In november 2006 heeft [eiser in het verzet] in [land] een cheque ad CFA 5.000.000,-- ten behoeve van RIPEM afgegeven, zodat met de bouwactiviteiten van de school kon worden begonnen.
- 2.8.
In januari 2007 is [eiser in het verzet] samen met vertegenwoordigers van Rotaryclub afgereisd naar [land]. Op 31 januari 2007 is in [land] een rekening geopend op naam van [eiser in het verzet]. Hierop is, ten behoeve van het project, een bedrag van ruim CFA 24.000.000,-- (€ 37.700,--) gestort.
- 2.9.
Op deze rekening is - vermoedelijk in februari 2007 - beslag gelegd door RIPEM.
- 2.10.
In het in de Franse taal opgestelde beslagrekest - op basis waarvan blijkens de ondertekening op 27 februari 2007 door le Président du Tribunal de Première Instance de Première Classe te [stad] aan RIPEM verlof tot het leggen van conservatoir beslag is verleend - is onder meer opgenomen:
“Monsieur le président,
L’Association Rhena International Prayer and Evangelical Ministry en abrége RIPEM (…)
- A.
l’honneur de vous exposer ce qui suit:
Qu’elle est créancière de Moniseur [voornaam eiser in het verzet]ert [eiser in het verzet] (…) de la somme de francs CFA: quatre vingt cinq millions (85 000 000);
Que cette somme représente le montant total de la somme accordée par des partenaires européens dans le cadre du projet de construction des complexes scolaires à vocation bilingue Anglais/Français initié par l’Eglise RIPEM et virée sur son compte personnel.
Qu’en effet, avec le soutien de la Mairie de [stad], en coopération et avec le financement du Rotaryclub [...] au Pays Bas, l’Eglise RIPEM a initié un projet de construction des complexes scolaires à vocation bilingue Anglais/Français.
Que pour conduire ce projet avec transparence et rigeur, une convention de coopération a été signée le 20 Octobre 2006 entre l’Eglise RIPEM représentée par le Révérend Pasteur [kerkgenootschap], Président du Comité d’Exécution et de suivi, le Rotary Club [...], partenaire financier, la Mairie de [stad] en sa qualité de donateur du domaine devant abriter les constructions à réaliser et [voornaam eiser in het ver[eiser in het verzet], es qualité de Coordonnateur Exécuteur dudit Projet.
Que l’article 3 de ladite convention a prévu l’ouverture d’un compte conjoint ROTARY CLUB/RIPEM dans les livres de Ecobank avec des modalités de décaissement assez transparentes.
Que les partenaires hollandaise ont retenu le projet pour un financement de 85 000 000 FCFA dont 24 000 000 par WILDE GANZEN et 61 000 000 FCFA du Rotary Club de [...].
Qu’aussitôt après notification de l’acceptation dudit projet les partenaires hollandais ont procédé aux premiers décaissements du montant de francs CFA: vingt quatre millions (24 000 000) soit 37 840 Euros, qui sont curieusement logés sur le compte personnel de Monsieur [voornaam eiser in het ver[eiser in het verzet].
Qu’interpellé sur cette anomalie, Monsieur [voornaam eiser in het ver[eiser in het verzet] a promis de procéder au transfert des fonds reçus de son compte vers le compte spécial projet, ce qu’il n’a jamais fait.
(…)
C’est pourquoi, l’exposante sollicite qu’il vous plaise, Monsieur le Président, de bien vouloir l’autoriser à faire pratiquer saisie conservatoire sur les comptes bancaires, au [[....]] [voornaam eiser in het ver[eiser in het verzet] et sur les biens et titre que ce soit et se trouvant soit en sa personne, soit en la prossession des tiers jusqu’à concurrence de la somme de francs CFA: quatre vingt cinq millions (85 000 000) à la quelle nous évaluerons provisoirement la créance en principal. (…)”
- 2.11.
Uit een zich bij de stukken bevindend bankafschrift van de Financial Bank [land] blijkt dat het saldo van de rekening op naam van [eiser in het verzet] op 31 juli 2008 CFA 24.693,304 bedroeg.
- 2.12.
In een brief van 11 april 2010 schrijft [broer van eiser in het verzet], de broer van [eiser in het verzet] en lid van Rotaryclub [...], onder meer het volgende aan [eiser in het verzet].
“(…)
Teneinde verder te kunnen heeft Maitre [betrokkene] ons gevraagd of jij een verklaring wilt opstellen (bestemd voor [betrokkene]) waarin jij [betrokkene] vraagt/toestemming geeft om voor jou de juridische bijstand te geven, welke nodig is om te bewerkstelligen dat de rekening waarop beslag weer vrij gegeven wordt, zodat het geld bij Dedras en het project terecht komt en niet bij [kerkgenootschap]/RIPEM. Wij zijn bereid om hiervan de kosten te dragen, als je dat zou willen. Wil je dit snel doen? (…)”
- 2.13.
Op 19 april 2010 heeft [broer van eiser in het ve[eiser in het verzet] een e-mail gezonden aan [eiser in het verzet]. Blijkens de tekst van de mail zijn bij de mail twee bijlagen gevoegd, een brief d.d. 18 april 2010 en een machtigingsformulier. In de brief staat onder andere:
“(…)
Onze advocaat (Mr. [betrokkene]) kan niets doen als jij niet verklaart dat hij jou mag vertegenwoordigen. Een machtiging hebben we jou gestuurd. (…)”
- 2.14.
De advocaat van Rotaryclub heeft [eiser in het verzet] op 15 februari 2011, onder meer, het volgende geschreven:
“(…)
Dit maakt dat in [land] een juridische procedure moet worden gevoerd om deze gelden “vrij” te krijgen. Ook daarover bent u meermaals geïnformeerd.
Omdat u formeel als rekeninghouder staat geregistreerd en de vordering ook jegens u loopt, dient u of een namens u gemachtigde in die procedure op te treden. Op geen enkele andere wijze zijn de gelden anders vrij te krijgen. Wordt deze poging niet ondernomen, of wanneer deze faalt, dan bent u persoonlijk aansprakelijk voor de door Rotaryclub [...] geleden en te lijden schade. Ik ga er vanuit dat u dat zoveel mogelijk wenst te voorkomen. De Rotaryclub heeft inmiddels alles gedaan om de procedure in [land] op te starten, echter u dient daarvoor een machtiging tot vertegenwoordiging af te geven.
Hoewel de Rotaryclub heeft aangegeven alle kosten van de procedure voor u te zullen betalen en van u verder ook geen enkele inzet verlangd, is het noodzakelijk dat u de inmiddels bekende doch hierbij wederom gevoegde machtiging dateert en ondertekent.
(…)
Het enige dat de Rotaryclub u op dit moment vraagt is het retourzenden van de door u ondertekende machtiging. Door uw weigering handelt u op voorhand onrechtmatig jegens de Rotaryclub en brengt u haar onnodig schade toe.
Aangezien de eerdere pogingen van de Rotaryclub zelf door u zijn genegeerd, stel ik u hierbij - voor zover vereist - ingebreke en verzoek en voor zonodig sommeer ik u, binnen 14 dagen na heden, de bijgaande machtiging te dateren, te ondertekenen en aan mij te retourneren.
Indien u niet binnen de gestelde termijn volledig aan dit verzoek c.q. deze sommatie voldoet bent u in verzuim en dwingt u de Rotaryclub rechtsmaatregelen jegens u te treffen.”
- 2.15.
[eiser in het verzet] heeft op 5 mei 2011 onder meer het volgende geschreven aan de advocaat van Rotaryclub:
“(…)
Concreet nogmaals mijn voorstel:
Per direct wordt alles ondernomen om de machtiging, procuratie, de te naamstelling bij [voornaam eiser in het verzet] [eiser in het verzet] en als medegemachtigde benoemde [...] of hoe u het ook maar noemen wil op te heffen. Het geld had al lang uitsluitend op naam moeten staan van mensen die de Rotary wel vertrouwt of respecteert. [eiser in het verzet] had en wil hier wel degelijk aan meewerken bij de Financial Bank. Dat is niet het probleem. Ik had gezien de onderlinge verhoudingen al lang van die tenaamstelling af moeten zijn.
Om dit ter plaatse te bespreken met de bank, de procureur, [kerkgenootsc[kerkgenootschap], de advocaten en anderen, heb ik u aangeboden te vertrekken naar [land]. Mede na inschakeling van mijn relaties ter plaatse hebben we een grote kans. U bent dan (nog) niet van het beslag af, maar de verantwoordelijkheid voor de pogingen om het beslag er af te krijgen middels procederen heeft u dan volledig zelf in de hand.
(…)
Alles wat ik vraag is dat er een Rotarylid meegaat. Lijkt me overigens volkomen normaal, ik denk dat u tussen de twintig en dertig leden heeft. Onmogelijk dat geen enkel lid verantwoordelijkheid op zou willen brengen om mee te gaan en willen meehelpen aan een oplossing.
Ik adviseer u dringend, om mij vóór het afreizen alsnog alle relevante correspondentie ter hand te stellen om te bestuderen en samen met uw en mijn advocaten aldaar een plan te maken voor het vrijmaken van het aan u toevertrouwde geld van de Wilde Ganzen, dit als de bovenbeschreven aanpak niet zou lukken.
Dit is de procedure met betrekking tot de acties die moeten worden ondernomen en waarvoor ik me wil inzetten. Mijn verblijfkosten zal ik zelf betalen. Probeer alles te voorkomen om te gaan procederen! In Afrika een lange weg zoals u heeft gemerkt. (…)”
- 2.16.
Op 16 juni 2011 heeft [eiser in het verzet] een e-mail met onder andere de volgende inhoud gezonden aan de advocaat van Rotaryclub:
“(…)
6.
Toch meent ondergetekende dat hij zijn best moet doen om mee te werken aan een oplossing. Hij heeft Rotary aangeboden om af te reizen naar [stad 2] en [stad] en aldaar met behulp van zijn relaties te bereiken dat:
7.
Een reële poging wordt ondernomen om een regeling in de minne te treffen met [kerkgenootsc[kerkgenootschap].
8.
Een gesprek met de bank te [stad 2] voeren om “de procuratie” van H. [eiser in het verzet] te beëindigen en die van dhr. [...] te continueren, (de rekening staat al mede op naam van [...]). Dit alles had al veel eerder moeten gebeuren! Het is goed dat de fysieke aanwezigheid van ondergetekende tijdens dit gesprek een feit is
9.
Een gesprek voeren met uw advocaat en twee advocaten die ik had ingeschakeld en ook alles weten van deze affaire.
10.
Een gesprek voeren met uw Rotary fellows ter plaatse. Uit hun middelen ken ik advocaten, directeuren van de Centrale Bank en een rechter. Deze heren hebben mij wel diverse keren bezocht tijdens mijn detentie in [stad]!
11.
Mocht dit, hetgeen ik niet verwacht, toch geen effect hebben zal ik ter plaatse een volmacht geven aan uw advocaat waarbij u echter alsnog een risico loopt het geld kwijt te raken na het procederen. (…)”
- 2.17.
Rotaryclub is niet ingegaan op de voorstellen van [eiser in het verzet] en [eiser in het verzet] heeft de door Rotaryclub gezonden machtiging niet ondertekend.
3. Het geschil
in conventie
3.1.
Rotaryclub heeft in de verstekprocedure gevorderd - samengevat - dat de rechtbank bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis [eiser in het verzet] zal veroordelen:
- primair tot betaling aan haar van € 37.700,--, althans een in goede justitie te betalen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 februari 2011, althans de dag der dagvaarding;
- subsidiair tot betaling aan haar van € 37.700,--, althans een in goede justitie te betalen bedrag, vermeerderd met de wettelijke handelsrente vanaf de 8e dag dat eiseres [hier zal gedaagde bedoeld zijn] na betekening van het vonnis in gebreke blijft,
in beide gevallen vermeerderd met de proceskosten - waaronder de kosten van de onder [eiser in het verzet] gelegde conservatoire beslagen - vermeerderd met de wettelijke handelsrente vanaf de 8e dag dat eiseres [hier zal gedaagde zijn bedoeld] na betekening van het vonnis in gebreke blijft,
3.2.
Rotaryclub heeft haar primaire vordering gegrond op een toerekenbare tekortkoming aan de zijde van [eiser in het verzet] en haar subsidiaire vordering op een door [eiser in het verzet] begane onrechtmatige daad.
3.3.
Bij het verstekvonnis zijn de vorderingen van Rotaryclub toegewezen, met dien verstande dat in plaats van de gevorderde wettelijke handelsrente de wettelijke rente is toegewezen.
3.4.
[eiser in het verzet] vordert in het verzet dat hij wordt ontheven van de veroordeling die tegen hem bij eerdergenoemd verstekvonnis is uitgesproken, met veroordeling van Rotaryclub in de kosten van het geding.
3.5.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
in reconventie
3.6.
[eiser in het verzet] vordert samengevat - dat de door Rotaryclub ten laste van hem gelegde beslagen worden opgeheven, met het verbod voor de ten processe bedoelde vorderingen nieuwe beslagen ten laste van hem te leggen op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 100.000,-- voor iedere overtreding, met veroordeling van Rotaryclub in de proceskosten.
3.7.
Rotaryclub voert verweer.
3.8.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
4. De beoordeling
Rechtsmacht
4.1.
[eiser in het verzet] is woonachtig in [land]. In deze zaak dient derhalve eerst (ambtshalve) beoordeeld te worden of de rechtbank bevoegd is kennis te nemen van het onderhavige geschil.
4.2.
Bij de beoordeling van de bevoegdheid van de Nederlandse rechter in geschillen tussen partijen die hun woonplaats of zetel hebben in verschillende delen van het Koninkrijk der Nederlanden (interregionale kwesties), wordt aansluiting gezocht bij het Nederlandse commune bevoegdheidsrecht (artikel 1 tot en met 14 Rv). Ingevolge artikel 9 aanhef en onder a Rv heeft de Nederlandse rechter rechtsmacht in de onderhavige zaak, nu het een rechtsbetrekking betreft die ter vrije bepaling van partijen staat, [eiser in het verzet] als gedaagde in de procedure is verschenen en hij de rechtsmacht van de Nederlandse rechter niet heeft betwist.
4.3.
Partijen zijn er in hun processtukken en ter comparitie vanuit gegaan dat hun geschillen beoordeeld dienen te worden naar Nederlands recht. Nu geen rechtsregel zich daartegen verzet, volgt de rechtbank deze kennelijke rechtskeuze van partijen.
Ontvankelijkheid
4.4.
Het verzet kan geacht worden tijdig en op de juiste wijze te zijn ingesteld, nu het tegendeel gesteld noch gebleken is, zodat [eiser in het verzet] in zoverre in zijn verzet kan worden ontvangen.
in conventie
4.5.
Rotaryclub vordert in deze procedure dat [eiser in het verzet] wordt veroordeeld tot betaling aan haar van € 37.700,--, het equivalent van het bedrag van CFA 24.000.000,-- dat in 2007 op de rekening van [eiser in het verzet] in [land] is gestort en waarop vervolgens beslag is gelegd. Rotaryclub grondt haar vordering primair op een toerekenbare tekortkoming aan de zijde van [eiser in het verzet] en subsidiair op een door [eiser in het verzet] begane onrechtmatige daad.
Rotaryclub stelt zich in het kader van de toerekenbare tekortkoming primair op het standpunt dat - omdat door Rotaryclub aan [eiser in het verzet] gelden zijn toevertrouwd - tussen partijen sprake is van een overeenkomst van bewaarneming. Subsidiair stelt zij dat sprake is van een overeenkomst van opdracht.
4.6.
[eiser in het verzet] betwist dat sprake is van bewaarneming, hij is van mening dat tussen partijen sprake is van een overeenkomst van opdracht. Hij betwist voorts toerekenbaar tekort te zijn geschoten in de nakoming van deze overeenkomst, danwel onrechtmatig te hebben gehandeld jegens Rotaryclub.
4.7.
De rechtbank zal zich eerst buigen over de vraag hoe de tussen partijen gesloten overeenkomst gekwalificeerd dient te worden en overweegt hierbij als volgt. Bewaarneming in de zin van artikel 7:600 BW is de overeenkomst waarbij de ene partij, de bewaarnemer, zich tegenover de andere partij, de bewaargever, verbindt een zaak die de bewaargever hem toevertrouwt of zal toevertrouwen, te bewaren en terug te geven.
4.8.
Tussen partijen staat vast dat Rotaryclub zich in 2006 heeft verbonden aan een project ten behoeve van (de financiering van) de bouw van een school in de Afrikaanse staat [land] (verder: het project). Voorts staat vast dat [eiser in het verzet] daarbij in [land] als uitvoerder voor Rotaryclub zou optreden. In [land] is een bankrekening geopend om de door Rotaryclub ten behoeve van het project bijeengebrachte gelden te kunnen storten. Partijen verschillen van mening over de exacte reden, maar zij zijn het er over eens dat deze bankrekening vanuit praktisch oogpunt op naam van (de op dat moment in [land] woonachtige) [eiser in het verzet] is gesteld. Door - althans namens - Rotaryclub zijn gelden op deze bankrekening gestort. Het was de bedoeling dat deze gelden ten goede zouden komen aan het project. Nog voordat [eiser in het verzet] - als uitvoerder voor Rotaryclub - de gelegenheid heeft gehad deze gelden aan het project te doen toekomen, is door het eveneens aan het project verbonden kerkgenootschap RIPEM echter beslag gelegd op de bankrekening in [land].
4.9.
Naar het oordeel van de rechtbank is tussen partijen, gelet op de hierboven beschreven omstandigheden, geen sprake van een overeenkomst van bewaarneming. Rotaryclub heeft de bewuste gelden immers niet aan [eiser in het verzet] toevertrouwd met het verzoek ze te bewaren en op enig moment aan haar terug te geven. Rotaryclub heeft de gelden op een ten behoeve van het project geopende bankrekening in [land] gestort, niet om ze later terug te krijgen, maar met het doel deze gelden - via haar uitvoerder [eiser in het verzet] - ten goede te kunnen laten komen aan het project. Dat de bankrekening waarop de gelden zijn gestort op naam van [eiser in het verzet] staat, doet aan bovenstaande niet af nu partijen het er over eens zijn dat het feitelijk een rekening van Rotaryclub betreft die slechts vanuit praktisch oogpunt op naam van haar - onmiddellijk vertegenwoordiger - [eiser in het verzet] is gesteld.
4.10.
Nu [eiser in het verzet] zich, zoals reeds eerder is overwogen, jegens Rotaryclub heeft verbonden om in [land] voor Rotaryclub alle uitvoerende werkzaamheden verband houdende met het project te verrichten, overweegt de rechtbank dat tussen partijen sprake is van een overeenkomst van opdracht als bedoeld in artikel 7:400 BW. Dit is immers een overeenkomst waarbij de opdrachtnemer zich jegens de opdrachtgever verbindt anders dan op grond van een arbeidsovereenkomst werkzaamheden te verrichten die in iets anders bestaan dan het tot stand brengen van een werk van stoffelijke aard, het bewaren van zaken, het uitgeven van werken of het vervoeren of doen vervoeren van personen of zaken.
4.11.
Dat tussen partijen sprake is van een overeenkomst van opdracht brengt op zich niet met zich mee dat [eiser in het verzet] persoonlijk aansprakelijk is voor in het kader van die overeenkomst op zijn bankrekening gestorte gelden, zoals Rotaryclub lijkt te stellen. Voor de vaststelling van een dergelijke aansprakelijkheid zal sprake moeten zijn van een toerekenbare tekortkoming in de nakoming van de overeenkomst aan de zijde van [eiser in het verzet], dan wel van onrechtmatig handelen jegens Rotaryclub door [eiser in het verzet].
Rotaryclub stelt zich op het standpunt dat hiervan sprake is. Zij grondt zowel het primaire gedeelte van haar vordering (toerekenbare tekortkoming) als het subsidiaire gedeelte van haar vordering (onrechtmatige daad) op (dezelfde) drie verwijten. De rechtbank zal de door Rotaryclub gemaakte verwijten achtereenvolgens bespreken.
RIPEM/[kerkgenootschap]
4.12.
Rotaryclub stelt ter onderbouwing van haar vordering in de eerste plaats dat [eiser in het verzet] jegens haar toerekenbaar tekort is geschoten, althans onrechtmatig heeft gehandeld, doordat [eiser in het verzet] haar (Rotaryclub) in contact heeft gebracht met RIPEM en [kerkgenootschap]. Rotaryclub voert aan dat [eiser in het verzet] had moeten weten dat RIPEM geen goede partner was, omdat RIPEM Nigeriaans is en Nigerianen in [land] niet goed bekend staan.
4.13.
De rechtbank overweegt dat Rotaryclub onvoldoende heeft gesteld om aan te kunnen nemen dat reeds sprake is van toerekenbaar tekortschieten, danwel onrechtmatig handelen als gevolg van het enkele feit dat [eiser in het verzet] Rotaryclub in contact heeft gebracht met RIPEM en diens voorganger [kerkgenootschap]. De zeer algemene stelling dat RIPEM Nigeriaans is en Nigerianen niet goed bekendstaan, is onvoldoende om de door Rotaryclub voorgestane gevolgtrekking te kunnen maken. Dit verwijt van Rotaryclub behoeft derhalve geen nadere bespreking.
Persoonlijk geschil
4.14.
Rotaryclub voert in de tweede plaats aan dat sprake is van toerekenbaar tekortschieten danwel onrechtmatig handelen van [eiser in het verzet], doordat [eiser in het verzet] Rotaryclub heeft betrokken in een persoonlijk geschil met [kerkgenootschap]/RIPEM. Rotaryclub stelt de dupe te zijn geworden van het als gevolg van dit persoonlijke geschil door RIPEM onder [eiser in het verzet] gelegde beslag. Zij biedt aan e-mails in het geding te brengen waaruit blijkt dat [eiser in het verzet] geld van [kerkgenootschap] te vorderen heeft en waarin hij dreigt dat de wanbetaling van [kerkgenootschap] consequenties zal hebben, ook voor RIPEM.
4.15.
[eiser in het verzet] betwist dat Rotaryclub betrokken is geraakt bij een persoonlijk geschil tussen hemzelf en [kerkgenootschap]. Het persoonlijk geschil tussen hem en [kerkgenootschap], waar Rotaryclub van op de hoogte was, staat - zo blijkt volgens [eiser in het verzet] ook uit het beslagrekest - geheel los van het door RIPEM op zijn rekening gelegde beslag. Het beslag is volgens [eiser in het verzet] juist gelegd naar aanleiding van een tussen Rotaryclub en RIPEM/[kerkgenootschap] bestaand geschil, waarvan hij ([eiser in het verzet]) de dupe is geworden.
4.16.
De rechtbank constateert dat uit het onder r.o. 2.10 opgenomen beslagrekest blijkt dat RIPEM in [land] om verlof tot het leggen van conservatoir beslag heeft verzocht in verband met het project en niet vanwege een (persoonlijk) geschil met [eiser in het verzet]. In het rekest is immers juist aangegeven dat de door RIPEM gestelde vordering betrekking heeft op de volgens RIPEM niet nagekomen toezegging van de Europese partners van het project om CFA 85 000 000,-- ter beschikking te stellen aan het project. RIPEM wijst erop dat hiervan een bedrag van CFA 24 000 000,-- ter beschikking zou worden gesteld door Wilde Ganzen en een bedrag van CFA 61 000 000,-- door Rotaryclub, hetgeen volgens deze organisatie niet is gebeurd. Omdat er gelden ten behoeve van het project op een rekening op naam van [eiser in het verzet] zouden staan, is door RIPEM verzocht om verlof tot het leggen van conservatoir beslag op diens rekening tot een bedrag van CFA 85 000 000,--.
4.17.
Gelet hierop en tegen de achtergrond van de gemotiveerde betwisting door [eiser in het verzet], had het op de weg van Rotaryclub gelegen om - gemotiveerd - aan te geven op grond waarvan zij van mening is dat de beslaglegging door RIPEM/[kerkgenootschap] het gevolg is van het persoonlijk geschil tussen [eiser in het verzet] en [kerkgenootschap]. Nu Rotaryclub enkel heeft gesteld dat de oorsprong van het beslag is gelegen in een persoonlijk geschil tussen [kerkgenootschap] en [eiser in het verzet] waarbij bewijs is aangeboden van het bestaan van een - door [eiser in het verzet] overigens erkend - persoonlijk geschil, heeft zij op dit punt niet voldaan aan haar stelplicht. Ook dit verwijt van Rotaryclub zal derhalve worden gepasseerd.
Machtiging
4.18.
In de derde plaats verwijt Rotaryclub [eiser in het verzet] dat hij, op het moment dat er beslag was gelegd op de op zijn naam gestelde rekening met daarop de ten behoeve van het project gestorte gelden, geen medewerking heeft verleend aan het vrijkrijgen van deze gelden. Rotaryclub voert in dit verband aan dat [eiser in het verzet], ondanks herhaalde verzoeken daartoe, niet een volgens Rotaryclub vereiste machtiging heeft getekend waarmee de door Rotaryclub in [land] aangezochte advocaat - op kosten van Rotaryclub - namens [eiser in het verzet] in [land] een procedure zou kunnen voeren om het beslag opgeheven te krijgen.
4.19.
[eiser in het verzet] stelt dat hij wel degelijk mee heeft willen werken aan het vrijkrijgen van de gelden in [land]. Hij voert aan dat hij Rotaryclub diverse voorstellen heeft gedaan om te bewerkstelligen dat weer over het saldo op de rekening kan worden beschikt en verwijst in dit kader naar door hem aan Rotaryclub gezonden e-mails. Dat de gelden niet vrij zijn gekomen, ligt volgens [eiser in het verzet] aan het feit dat Rotaryclub weigert zijn advies op te volgen.
[eiser in het verzet] werpt op dat het door Rotaryclub gemaakte verwijt dat hij in verband met het vrijkrijgen van de gelden een machtiging had moeten tekenen, een aanvulling van de grondslag van de eis is. Hij heeft hiertegen ter comparitie bezwaar gemaakt.
4.20.
De rechtbank constateert dat reeds uit de tekst van de inleidende dagvaarding en de daarbij gevoegde producties (o.a. productie 5 en 6) genoegzaam blijkt dat Rotaryclub, onder meer, de stelling dat [eiser in het verzet] geen medewerking heeft verleend aan het vrijkrijgen van de gelden door ondanks verzoeken daartoe niet een daarvoor vereiste machtiging te ondertekenen, aan haar vorderingen ten grondslag legt. Het verweer dat de toelichting van [eiser in het verzet] ter comparitie zou hebben geleid tot een - ontoelaatbare - wijziging van (de grondslag van) de eis, wordt derhalve gepasseerd.
4.21.
In de tussen partijen gesloten overeenkomst van opdracht ligt besloten dat [eiser in het verzet] er zorg voor zou dragen dat door Rotaryclub bijeengebrachte gelden aan het project ten goede zouden komen. Niet gebleken is dat [eiser in het verzet] in verband met de beslaglegging als zodanig een verwijt valt te maken. Uit het beslagrekest blijkt immers dat het beslag is gelegd vanwege een tussen RIPEM en Rotaryclub bestaand geschil en dat dit enkel onder [eiser in het verzet] is gelegd omdat de bewuste gelden op een op zijn naam gestelde bankrekening stonden. In beginsel kan [eiser in het verzet] derhalve niet persoonlijk aansprakelijk worden gehouden voor de door Rotaryclub als gevolg van de beslaglegging geleden schade.
De rechtbank is evenwel van oordeel dat [eiser in het verzet] de door Rotaryclub verlangde machtiging had moeten tekenen toen er beslag op zijn rekening was gelegd. Op grond van het bepaalde in artikel 7:402 BW is de opdrachtnemer immers gehouden gevolg te geven aan tijdig verleende en verantwoorde aanwijzingen van de opdrachtgever omtrent de uitvoering van de opdracht. De aanwijzing een machtiging te tekenen was een dergelijke aanwijzing. Het tekenen van de machtiging was immers een voor [eiser in het verzet] zeer eenvoudige en kostenloze handeling, bedoeld om het geld van de onder beslag liggende rekening vrij te krijgen en ten goede te kunnen laten komen aan het project.
4.22.
Dat [eiser in het verzet] zelf het idee had dat er een andere weg gevolgd zou moeten worden om de gelden in [land] vrij te krijgen, moge zou zijn, maar doet aan bovenstaande niet af. Gelet op de verhouding tussen partijen in het kader van de overeenkomst van opdracht is het, zoals reeds aangegeven, immers aan de opdrachtnemer om gevolg te geven aan tijdig verleende en verantwoorde aanwijzingen van de opdrachtgever, niet andersom.
4.23.
Door de machtiging niet te ondertekenen en daarmee Rotaryclub de mogelijkheid te ontnemen om (te proberen) het beslag op de rekening opgeheven te krijgen, is [eiser in het verzet] naar het oordeel van de rechtbank toerekenbaar tekortgeschoten jegens Rotaryclub in de nakoming van een uit de overeenkomst van opdracht voortvloeiende verplichting.
4.24.
Blijkens de in r.o. 2.14 opgenomen brief is [eiser in het verzet] op 15 februari 2011 een termijn van 14 dagen gesteld om de machtiging (alsnog) te ondertekenen. Deze brief dient, nu daarin een redelijke termijn voor nakoming is gesteld, aangemerkt te worden als ingebrekestelling. Nu [eiser in het verzet] niet binnen de in de brief gestelde termijn is nagekomen, verkeert hij in ieder geval vanaf dat moment in verzuim. [eiser in het verzet]s verweer dat geen sprake zou zijn van verzuim wordt derhalve verworpen.
Schade
4.25.
Nu de rechtbank heeft overwogen dat sprake is van een toerekenbare tekortkoming aan de zijde van [eiser in het verzet], is [eiser in het verzet] gehouden tot vergoeding van de door Rotaryclub daardoor (eventueel) geleden schade. Daartoe dient een vergelijking te worden gemaakt tussen de feitelijke situatie en de situatie zonder tekortkoming. Derhalve tussen de huidige situatie waarin Rotaryclub tot op heden nog niet over de gelden kan beschikken en de (hypothetische) situatie dat [eiser in het verzet] de door Rotaryclub verlangde machtiging wel zou hebben ondertekend en de advocaat van Rotaryclub in [land] op grond van deze machtiging in [land] een procedure zou hebben gevoerd om de gelden vrij te krijgen.
4.26.
De rechtbank acht zich, nu de gevorderde schade niet (rechtstreeks) voortvloeit uit de vastgestelde tekortkoming en het partijdebat daar tot op heden nog niet over is gegaan, vooralsnog onvoldoende voorgelicht om (de hoogte van) de eventuele schade te kunnen begroten. Partijen zullen derhalve in de gelegenheid worden gesteld zich hierover uit te laten.
4.27.
De rechtbank zal om proceseconomische redenen eerst [eiser in het verzet] verzoeken informatie in het geding te brengen waaruit blijkt hoe de stand van zaken met betrekking tot de op zijn naam gestelde bankrekening in [land] op dit moment is. De rechtbank wenst daarbij in ieder geval geïnformeerd worden over het huidige saldo van de bankrekening, over de vraag of er nog beslag ligt op de rekening en zo ja, wat de stand van zaken is met betrekking tot de (beslag)procedure in [land].
4.28.
Vervolgens zullen partijen zich achtereenvolgens, Rotaryclub als eerste, bij akte uit mogen laten over de schade, waarbij Rotaryclub de gelegenheid krijgt zich in haar akte, indien gewenst, tevens uitlaten over de door [eiser in het verzet] verschafte informatie als bedoeld in r.o. 4.27.
4.29.
Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.
in reconventie
4.30.
Iedere beslissing wordt aangehouden.
5. De beslissing
De rechtbank
in conventie
5.1.
bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van 21 november 2012 voor het nemen van een akte als bedoeld onder r.o. 4.27 vermeld aan de zijde van [eiser in het verzet],
5.2.
bepaalt dat de zaak vervolgens weer op de rol zal komen van 19 december 2012 voor het nemen van een akte als bedoeld onder r.o. 4.28 eerst aan de zijde van Rotaryclub, waarna [eiser in het verzet] op de rol van vier weken daarna een antwoordakte kan nemen,
in conventie en in reconventie
5.3.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.E.B. ter Heide en in het openbaar uitgesproken op 24 oktober 2012.
Coll: JG