RvdW 2019/422
Art. 81 lid 1 RO. Verzekeringsrecht. Procesrecht. Tussentijdse opzegging verzekeringsovereenkomst door verzekeraar. Is opzegging rechtsgeldig? Heeft het hof bij (formulering) bewijsopdracht art. 7:940 lid 3 BW miskend?
HR 29-03-2019, ECLI:NL:HR:2019:447
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
29 maart 2019
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, C.E. du Perron, C.H. Sieburgh
- Zaaknummer
18/00245
- Conclusie
A-G mr. G.R.B. van Peursem
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Verzekeringsrecht / Verzekeringsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:447, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 29‑03‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:179, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑01‑2019
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Verzekeringsrecht. Procesrecht. Tussentijdse opzegging verzekeringsovereenkomst door verzekeraar. Is opzegging rechtsgeldig? Heeft het hof bij (formulering) bewijsopdracht art. 7:940 lid 3 BW miskend?
Partij(en)
29 maart 2019
Eerste Kamer
18/00245
TT/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
BLOEMBOLLEN ZIJPE B.V.,
gevestigd te Breezand, gemeente Hollands Kroon,
EISERES tot cassatie,
advocaat: mr. A.H. Vermeulen,
t e g e n
DAS NEDERLANDSE RECHTSBIJSTAND VERZEKERINGSMAATSCHAPPIJ N.V.,
gevestigd te Amsterdam,
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: mr. J.W.H. van Wijk.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als Bloembollen Zijpe en DAS.