RFR 2020/85
Buitenhuwelijkse samenleving. Geldt de verlengingsgrond bij verjaring tussen gehuwden ook voor ongehuwde samenlevers?
Hof Den Haag 04-02-2020, ECLI:NL:GHDHA:2020:409
- Instantie
Hof Den Haag
- Datum
4 februari 2020
- Magistraten
Mrs. F. Ibili, P.B. Kamminga, J.M. van Baardewijk
- Zaaknummer
200.255.531/01
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS202573:1
- Vakgebied(en)
Vermogensrecht / Rechtsvorderingen
Goederenrecht / Gemeenschap
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHDHA:2020:409, Uitspraak, Hof Den Haag, 04‑02‑2020
ECLI:NL:GHDHA:2019:1820, Uitspraak, Hof Den Haag, 25‑06‑2019
- Wetingang
Art. 3:320, 3:321 BW
Essentie
Buitenhuwelijkse samenleving. Eenvoudige gemeenschap. Verjaring. Samenlevingscontract.
Geldt de verlengingsgrond bij verjaring tussen gehuwden naar analogie ook voor ongehuwde samenlevers?
Samenvatting
Partijen hebben een affectie relatie gehad. Zij woonden vanaf 1 september 2000 tot 24 mei 2017 samen. Op die dag heeft de vrouw de gemeenschappelijke woning verlaten. Partijen hebben op 1 september 2000 een notariële samenlevingsovereenkomst gesloten, waarin zij onder het kopje ‘Gemeenschappelijke huishouding’ verklaard hebben dat zij voornemens zijn om met ingang van 1 september 2000 een gemeenschappelijke huishouding te gaan voeren. Voorts zijn zij onder het kopje ‘Gemeenschappelijk bezit’ overeengekomen dat zij tezamen, ieder voor de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.