RvdW 2019/435
Oordeel hof dat geen sprake is van noodweer omdat het steken met mes in borststreek van A niet in redelijke verhouding staat tot de aanval, bestaande uit het slaan met blote handen dan wel vuist, en verdachte niet eerst een minder verstrekkend verdedigingsmiddel heeft toegepast, i.c. niet begrijpelijk. Volgt vernietiging en terugwijzing.
HR 26-03-2019, ECLI:NL:HR:2019:434
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
26 maart 2019
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, M.J. Borgers
- Zaaknummer
17/01942
- Conclusie
A-G mr. B.F. Keulen
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:434, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 26‑03‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:299, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑02‑2019
Essentie
Oordeel hof dat geen sprake is van noodweer omdat het steken met mes in borststreek van A niet in redelijke verhouding staat tot de aanval, bestaande uit het slaan met blote handen dan wel vuist, en verdachte niet eerst een minder verstrekkend verdedigingsmiddel heeft toegepast, i.c. niet begrijpelijk. Volgt vernietiging en terugwijzing.
Partij(en)
26 maart 2019
Strafkamer
nr. S 17/01942
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag van 19 april 2017, nummer 22/004549-14, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren in [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1967. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.