Einde inhoudsopgave
Landsverordening in-, uit- en doorvoer [Aruba]
Artikel 148
Geldend
Geldend vanaf 30-09-2016
- Bronpublicatie:
29-09-2016, Afkondigingsblad van Aruba 2016, 50 (uitgifte: 29-09-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
30-09-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-09-2016, Afkondigingsblad van Aruba 2016, 50 (uitgifte: 29-09-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Belastingen overzeese Koninkrijksdelen / Aruba
1.
Na aangifte wordt een transitopaspoort afgegeven, waarin de tijd wordt uitgedrukt, binnen welke de uitvoer moet plaats hebben.
2.
De doorvoer moet geschieden zonder opslag bij of vanwege de belanghebbenden en zonder verwerking der goederen, bij gebreke waarvan de goederen worden beschouwd als ingevoerd.
3.
Echter mogen goederen die blijkens doorvoerlijsten of andere documenten binnen een bepaalde tijd moeten worden uitgevoerd, met vergunning van de Inspecteur, in afwachting van de inlading, tijdelijk worden opgeslagen in door de belanghebbende te verschaffen, door de Inspecteur goed te keuren bergplaatsen, onder wederzijdse sluiting vanwege de Inspecteur en de belanghebbende; de goederen mogen niet in dezelfde bergplaatsen als bij artikel 45 bedoeld, worden opgeslagen, tenzij ten genoegen van de Inspecteur een voldoende afscheiding wordt gemaakt. In bijzondere gevallen kan de termijn tot uitvoer op het document door de Inspecteur worden verlengd. Zijn de goederen niet binnen de bepaalde tijd uitgevoerd, dan verliest het document zijn kracht en worden in geval van opslag met doorvoerlijst de goederen behandeld overeenkomstig artikel 96.
4.
Bij het uitvoeren der goederen zal derzelver identiteit worden nagegaan en het transitopaspoort na aftekening door de ambtenaren worden ingetrokken.
5.
De aftekening moet de verklaring behelzen dat de goederen conform en de plomps of zegels ongeschonden zijn bevonden.