NJ 1964/487
Burgerlijke rechtsvordering ter zake van belediging
HR 26-04-1963, ECLI:NL:HR:1963:63
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
26 april 1963
- Magistraten
Mrs. Smits, de Jong, Wiarda, Hülsmann en Petit
- Zaaknummer
[26041963/NJ_1964-487]
- Conclusie
Mr. Van Oosten
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS140367:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1963:63, Uitspraak, Hoge Raad, 26‑04‑1963
- Wetingang
(BW art. 1408.)
Essentie
Burgerlijke rechtsvordering ter zake van belediging
Samenvatting
De Rb. heeft feitelijk vastgesteld, dat de nadere uitlatingen van verweerder tegenover een verslaggever (ter zake waarvan eiser tot cassatie tegen haar een actie ex art. 1408 B. W. heeft ingesteld) niet gediend kunnen hebben om de ruchtbaarheid, die een gevolg was van de door hem alreeds in de gemeenteraad gedane uitlatingen te vermeerderen, en dat van een kennelijke bedoeling van verweerder om, in de zin van art. 261 Sr. door die uitlatingen aan de feiten ruchtbaarheid te geven niet kan worden gesproken. Het cassatiemiddel, dat zich beperkt tot de stelling, dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.