Einde inhoudsopgave
Regeling acceptatie afvalstoffen op stortplaatsen
Artikel 32c
Geldend
Geldend vanaf 15-03-2013
- Bronpublicatie:
07-03-2013, Stcrt. 2013, 6432 (uitgifte: 08-03-2013, regelingnummer: IENM/BSK-2013/19557)
- Inwerkingtreding
15-03-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-03-2013, Stcrt. 2013, 6432 (uitgifte: 08-03-2013, regelingnummer: IENM/BSK-2013/19557)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Afval
1.
De vaten die voor de tijdelijke opslag van metallisch kwik worden gebruikt zijn:
- a.
corrosie- en schokbestendig en hebben geen lasverbindingen;
- b.
gemaakt van koolstofstaal of roestvrij staal dat geschikt is voor de opslag van metallisch kwik, en
- c.
gas- en vloeistofdicht.
2.
De buitenkant van de vaten, bedoeld in het eerste lid, is bestand tegen de opslagomstandigheden.
3.
Het ontwerptype van de vaten, bedoeld in het eerste lid, heeft met succes de valproef en de dichtheidsproef doorstaan, zoals omschreven in de deel 6, hoofdstukken 6.1.5.3 en 6.1.5.4, van de ‘Requirements for the Construction and testing of packagings, intermediatie bulk containers (IBC’s), large packagings, tanks and bulk containers’, als onderdeel van de ‘UN Recommendations on the Transport of Dangerous Goods, Manual of Tests and Criteria (fifth revised edition)’.
4.
De vullingsgraad van de vaten, bedoeld in het eerste lid, bedraagt ten hoogste 80 volumeprocent per vat.
5.
De vaten, bedoeld in het eerste lid, dragen een duurzaam merkteken, aangebracht door ponsing, waarop het identificatienummer van het vat, het constructiemateriaal, het leeggewicht, de referentie van de fabrikant en de datum van fabricage vermeld staan.
6.
Ieder vat dat voor de tijdelijke opslag van metallisch kwik wordt gebruikt is voorzien van een certificaat als bedoeld in artikel 32d, en draagt een permanent op het vat bevestigd plaatje waarop het identificatienummer van het certificaat vermeld staat.