Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2000/54/EG betreffende de bescherming van de werknemers tegen de risico's van blootstelling aan biologische agentia op het werk
Artikel 13 Kennisgeving aan de bevoegde instantie
Geldend
Geldend vanaf 06-11-2000
- Bronpublicatie:
18-09-2000, PbEG 2000, L 262 (uitgifte: 17-10-2000, regelingnummer: 2000/54/EG)
- Inwerkingtreding
06-11-2000
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-09-2000, PbEG 2000, L 262 (uitgifte: 17-10-2000, regelingnummer: 2000/54/EG)
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
1.
De bevoegde instantie wordt vooraf op de hoogte gebracht van het gebruik, voor de eerste maal, van:
- a)
biologische agentia van groep 2;
- b)
biologische agentia van groep 3;
- c)
biologische agentia van groep 4.
Deze kennisgeving vindt ten minste dertig dagen vóór de aanvang van de werkzaamheden plaats.
Onverminderd het bepaalde in lid 2, wordt ook vooraf kennis gegeven van het gebruik, voor de eerste maal, van elk volgend biologisch agens van groep 4, en van elk volgend nieuw biologisch agens van groep 3 wanneer de werkgever dit biologisch agens voorlopig zelf indeelt.
2.
Laboratoria die diagnostiserend werk verrichten dat betrekking heeft op biologische agentia van groep 4, behoeven slechts een eerste kennisgeving van hun geplande werkzaamheden te doen.
3.
De kennisgeving moet opnieuw plaatsvinden wanneer er in de procédés en/of procedures wezenlijke veranderingen plaatsvinden die gevolgen kunnen hebben voor de gezondheid en de veiligheid op het werk en waardoor de eerdere kennisgeving wordt achterhaald.
4.
De in de leden 1, 2 en 3 bedoelde kennisgeving omvat:
- a)
de naam en het adres van de onderneming en/of de inrichting;
- b)
de naam en de kwalificaties van de persoon die verantwoordelijk is voor de veiligheid en de gezondheid op het werk;
- c)
de resultaten van de in artikel 3 bedoelde beoordeling;
- d)
de soort waartoe het biologische agens behoort;
- e)
de voorgenomen beschermende en preventieve maatregelen.