Einde inhoudsopgave
Arbeidstijdenbesluit vervoer
Artikel 4.1:2 Begrippen vliegwerktijd, reservetijd, rusttijd, grondtijd en rustgelegenheid
Geldend
Geldend vanaf 19-07-2008
- Redactionele toelichting
Deze wijziging treedt tegelijk in werking met het Besluit vluchtuitvoering (13-07-2006, Stb. 371).
- Bronpublicatie:
12-07-2008, Stb. 2008, 293 (uitgifte: 01-01-2008, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
19-07-2008
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-07-2008, Stb. 2008, 292 (uitgifte: 01-01-2008, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
In dit hoofdstuk en de daarop berustende bepalingen, met uitzondering van § 4.5, wordt verstaan onder:
- a.
vliegwerktijd: de periode van het ogenblik af, waarop een lid van het boordpersoneel zich dient te melden voor de uitoefening van zijn functie tot het einde van zijn werkzaamheden;
- b.
werktijd: de som van de vliegwerktijd en de luchthavenreservetijd;
- c.
reservetijd: een periode waarin een lid van het boordpersoneel niet voor een vlucht is ingedeeld en niet verplicht is op de luchthaven aanwezig te zijn, maar wel beschikbaar dient te zijn voor het ontvangen van een opdracht tot het uitvoeren van enige verkeersvlucht;
- d.
luchthavenreservetijd: een periode waarin een lid van het boordpersoneel niet voor een vlucht is ingedeeld, maar wel verplicht is op de luchthaven aanwezig te zijn voor het ontvangen van een opdracht tot het uitvoeren van enige verkeersvlucht;
- e.
rusttijd: elke periode buiten de vliegwerktijd gedurende welke een lid van het boordpersoneel is ontheven van alle taken en opdrachten, en daarin de gelegenheid heeft om rust te genieten in een passende accommodatie;
- f.
grondtijd: elke periode van de vliegwerktijd die geen deel uitmaakt van een vlucht;
- g.
rustgelegenheid: de deugdelijke accommodatie aan boord van het luchtvaartuig, die het mogelijk maakt voor een lid van het boordpersoneel horizontale rust te genieten in een van de passagiers en hinderlijke vracht afgescheiden ruimte.