TAR 2003/23
Hoger beroep omdat appellant zich om principiële redenen niet kan verenigen met bepaling rechtbank over schadevergoeding, welke inmiddels en zonder voorbehoud aan gedaagde is uitbetaald. Hoewel geen sprake meer is van een geschil tussen partijen ziet appellant belang in eventuele vergelijkbare bepalingen bij toekomstige zaken: dit is onvoldoende procesbelang. Hoger beroep niet-ontvankelijk.
CRvB 05-09-2002, ECLI:NL:CRVB:2002:AE8042
- Instantie
Centrale Raad van Beroep
- Datum
5 september 2002
- Magistraten
Vermeulen
- Zaaknummer
02/753 MAW
- LJN
AE8042
- Vakgebied(en)
Bestuursprocesrecht / Hoger beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:CRVB:2002:AE8042, Uitspraak, Centrale Raad van Beroep, 05‑09‑2002
Essentie
Hoger beroep omdat appellant zich om principi┘le redenen niet kan verenigen met bepaling rechtbank over schadevergoeding, welke inmiddels en zonder voorbehoud aan gedaagde is uitbetaald. Hoewel geen sprake meer is van een geschil tussen partijen ziet appellant belang in eventuele vergelijkbare bepalingen bij toekomstige zaken: dit is onvoldoende procesbelang. Hoger beroep niet-ontvankelijk.
Uitspraak
Uitspraak in het geding tussen:
de Bevelhebber der Landstrijdkrachten, appellant,
en
[gedaagde], wonende te [woonplaats], gedaagde.
I. Ontstaan en loop van het geding
Namens appellant is op bij aanvullend beroepschrift aangevoerde gronden hoger beroep ingesteld tegen de door de president van de rechtbank ”s-Gravenhage op ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.