De staatssecretaris van Financiën heeft op Prinsjesdag het wetsvoorstel Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling (36 422) bij de Tweede Kamer ingediend. Het is de bedoeling dat de ingediende voorstellen met ingang van 1 januari 2025 in werking treden. Ook is voorzien in flankerend beleid voor de overdrachtsbelasting per 1 januari 2024.
Het wetsvoorstel Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling (36 422) strekt tot aanpassing van de regeling voor de fiscale beleggingsinstelling (fbi) in de vennootschapsbelasting. Dit wetsvoorstel introduceert de zogenoemde vastgoedmaatregel, die na internetconsultatie (V-N 2023/15.8) is aangepast ten opzichte van de op Prinsjesdag 2022 aangekondigde vastgoedmaatregel.
Als gevolg van de vastgoedmaatregel is het vanaf 1 januari 2025 niet langer mogelijk voor een fbi – die subjectief belastingplichtig is voor de vennootschapsbelasting, maar waarbij de winst wordt belast tegen een tarief van 0 procent - om direct in Nederlands vastgoed te beleggen. De winst van een dergelijk lichaam wordt dan belast tegen het reguliere vennootschapsbelastingtarief. Een fbi mag wel direct beleggen in buitenlands vastgoed. Hetzelfde geldt voor beleggingen in aandelen in een regulier belastingplichtige dochtervennootschap die in Nederland gelegen vastgoed heeft.
Flankerende maatregel overdrachtsbelasting
Daarnaast is voorzien in flankerend beleid voor de overdrachtsbelasting per 1 januari 2024. Als beleggers in fbi’s met Nederlands vastgoed fiscaal neutraal willen blijven beleggen, kunnen zij genoodzaakt zijn het vastgoed te herstructureren (onder andere door het onder te brengen in een voor Nederlandse fiscale doeleinden transparant lichaam).
Het kabinet heeft met de vastgoedmaatregel geen opbrengst van overdrachtsbelasting beoogd. Het kabinet stelt daarom een voorwaardelijke en tijdelijke vrijstelling van overdrachtsbelasting voor. Deze tijdelijke vrijstelling gaat gelden van 1 januari 2024 tot en met 31 december 2024. Voor de toepassing van de vrijstelling moet de verkrijging uiterlijk op 31 december 2024 plaatsvinden. Voor herstructureringen die zijn vrijgesteld van overdrachtsbelasting op grond van deze tijdelijke vrijstelling geldt dat de fbi-status niet met terugwerkende kracht komt te vervallen.
Het kabinet vindt het van belang dat de tijdelijke vrijstelling van overdrachtsbelasting uitsluitend van toepassing is op herstructureringen die worden ingegeven door dit wetsvoorstel. Daarom wordt een aantal voorwaarden aan de toepassing van deze vrijstelling gesteld. Er is voor gekozen om alleen de verkrijging van de economische eigendom onder deze vrijstelling te brengen. De vrijstelling is ook niet van toepassing op een verkrijging van een fiscaal transparant lichaam. De faciliteit is beperkt tot de verkrijging van een rechtspersoon.
Samentellingsregeling
Aanvullend is een specifieke samentellingsregeling opgenomen. Deze regelt een heffing van overdrachtsbelasting als een of meer verkrijgingen van aandelen in een onroerendezaakrechtspersoon wordt of worden gevolgd door een of meer verkrijgingen van deelgerechtigdheid in een opvolgend voor Nederlandse fiscale doeleinden transparant lichaam, na toepassing van de tijdelijke vrijstelling, indien die verkrijgingen tezamen ertoe leiden dat de verkrijger een belang van een derde gedeelte of meer in de beleggingsinstelling verkrijgt.
Deze samentellingsregeling is enkel van toepassing indien de tijdelijke vrijstelling van overdrachtsbelasting op grond van dit wetsvoorstel is toegepast, tussen het moment van verkrijging van aandelen in een OZR en de opvolgende verkrijging van deelgerechtigdheid in een voor Nederlandse fiscale doeleinden transparant lichaam.
Ook is deze samentellingsregeling alleen van toepassing als wordt verkregen door dezelfde verkrijger, al dan niet tezamen met een of meer verbonden personen of lichamen van die verkrijger, binnen een tijdsbestek van twee jaren. In die gevallen worden de verschillende verkrijgingen beschouwd als te hebben plaatsgehad ingevolge dezelfde of een samenhangende overeenkomst.
Voor de toepassing van deze tijdelijke vrijstelling van overdrachtsbelasting geldt, net als voor andere vrijstellingen in de overdrachtsbelasting, dat met betrekking tot deze verkrijgingen aangifte moet worden gedaan.
Het voorstel is ingediend bij de Tweede Kamer. De Tweede Kamer heeft het voorstel op 26 oktober 2023 aangenomen. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 19 december 2023 aangenomen.
Documenten bij dit thema
Wetgeving
Wetgeving in wording
Per 1 januari 2025 wijzigt het volgende wetsartikel. Kies in de tijdsbalk bij het wetsartikel voor de toekomstige versie per 1 januari 2025. Hier is vergelijken van versies ook mogelijk.
De redactie
De staatssecretaris van Financiën heeft op Prinsjesdag het wetsvoorstel Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling (36 422) bij de Tweede Kamer ingediend. Het is de bedoeling dat de ingediende voorstellen met ingang van 1 januari 2025 in werking treden. Ook is voorzien in flankerend beleid voor de overdrachtsbelasting per 1 januari 2024.
Het wetsvoorstel Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling (36 422) strekt tot aanpassing van de regeling voor de fiscale beleggingsinstelling (fbi) in de vennootschapsbelasting. Dit wetsvoorstel introduceert de zogenoemde vastgoedmaatregel, die na internetconsultatie (V-N 2023/15.8) is aangepast ten opzichte van de op Prinsjesdag 2022 aangekondigde vastgoedmaatregel.
Als gevolg van de vastgoedmaatregel is het vanaf 1 januari 2025 niet langer mogelijk voor een fbi – die subjectief belastingplichtig is voor de vennootschapsbelasting, maar waarbij de winst wordt belast tegen een tarief van 0 procent - om direct in Nederlands vastgoed te beleggen. De winst van een dergelijk lichaam wordt dan belast tegen het reguliere vennootschapsbelastingtarief. Een fbi mag wel direct beleggen in buitenlands vastgoed. Hetzelfde geldt voor beleggingen in aandelen in een regulier belastingplichtige dochtervennootschap die in Nederland gelegen vastgoed heeft.
Flankerende maatregel overdrachtsbelasting
Daarnaast is voorzien in flankerend beleid voor de overdrachtsbelasting per 1 januari 2024. Als beleggers in fbi’s met Nederlands vastgoed fiscaal neutraal willen blijven beleggen, kunnen zij genoodzaakt zijn het vastgoed te herstructureren (onder andere door het onder te brengen in een voor Nederlandse fiscale doeleinden transparant lichaam).
Het kabinet heeft met de vastgoedmaatregel geen opbrengst van overdrachtsbelasting beoogd. Het kabinet stelt daarom een voorwaardelijke en tijdelijke vrijstelling van overdrachtsbelasting voor. Deze tijdelijke vrijstelling gaat gelden van 1 januari 2024 tot en met 31 december 2024. Voor de toepassing van de vrijstelling moet de verkrijging uiterlijk op 31 december 2024 plaatsvinden. Voor herstructureringen die zijn vrijgesteld van overdrachtsbelasting op grond van deze tijdelijke vrijstelling geldt dat de fbi-status niet met terugwerkende kracht komt te vervallen.
Het kabinet vindt het van belang dat de tijdelijke vrijstelling van overdrachtsbelasting uitsluitend van toepassing is op herstructureringen die worden ingegeven door dit wetsvoorstel. Daarom wordt een aantal voorwaarden aan de toepassing van deze vrijstelling gesteld. Er is voor gekozen om alleen de verkrijging van de economische eigendom onder deze vrijstelling te brengen. De vrijstelling is ook niet van toepassing op een verkrijging van een fiscaal transparant lichaam. De faciliteit is beperkt tot de verkrijging van een rechtspersoon.
Samentellingsregeling
Aanvullend is een specifieke samentellingsregeling opgenomen. Deze regelt een heffing van overdrachtsbelasting als een of meer verkrijgingen van aandelen in een onroerendezaakrechtspersoon wordt of worden gevolgd door een of meer verkrijgingen van deelgerechtigdheid in een opvolgend voor Nederlandse fiscale doeleinden transparant lichaam, na toepassing van de tijdelijke vrijstelling, indien die verkrijgingen tezamen ertoe leiden dat de verkrijger een belang van een derde gedeelte of meer in de beleggingsinstelling verkrijgt.
Deze samentellingsregeling is enkel van toepassing indien de tijdelijke vrijstelling van overdrachtsbelasting op grond van dit wetsvoorstel is toegepast, tussen het moment van verkrijging van aandelen in een OZR en de opvolgende verkrijging van deelgerechtigdheid in een voor Nederlandse fiscale doeleinden transparant lichaam.
Ook is deze samentellingsregeling alleen van toepassing als wordt verkregen door dezelfde verkrijger, al dan niet tezamen met een of meer verbonden personen of lichamen van die verkrijger, binnen een tijdsbestek van twee jaren. In die gevallen worden de verschillende verkrijgingen beschouwd als te hebben plaatsgehad ingevolge dezelfde of een samenhangende overeenkomst.
Voor de toepassing van deze tijdelijke vrijstelling van overdrachtsbelasting geldt, net als voor andere vrijstellingen in de overdrachtsbelasting, dat met betrekking tot deze verkrijgingen aangifte moet worden gedaan.
Lees meer over Beleggingsinstellingen in het thema van Dick Simonis.
Stand van zaken
Het voorstel is ingediend bij de Tweede Kamer. De Tweede Kamer heeft het voorstel op 26 oktober 2023 aangenomen. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 19 december 2023 aangenomen.
Documenten bij dit thema
Wetgeving
Wetgeving in wording
Per 1 januari 2025 wijzigt het volgende wetsartikel. Kies in de tijdsbalk bij het wetsartikel voor de toekomstige versie per 1 januari 2025. Hier is vergelijken van versies ook mogelijk.
Art. 28 Wet VPB 1969
Kies de versie van 1 januari 2024 in de tijdsbalk. Hier is vergelijken van versies ook mogelijk.
Art. II Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling (flankerende maatregel overdrachtsbelasting)
Literatuur
Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling in Staatsblad geplaatst, V-N 2024/4.3.6
Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling in Staatsblad geplaatst, V-N 2024/4.3.6
Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling. Brief aan Eerste Kamer over mogelijke staatssteunaspecten, V-N 2023/59.10
Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling. Nota naar aanleiding van het verslag en van het tweede verslag, V-N 2023/59.9
Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling. Nota van wijziging, V-N 2023/50.11
Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling. Nota naar aanleiding van het verslag. V-N 2023/50.12
Tweede Kamer akkoord met Belastingpakket 2024, Wetsvoorstellen met betrekking tot FGR, VBI en FBI, TaxVisions
Wet aanpassing FBI, mr. dr. H. Vermeulen, WFR 2023/270
Wetsvoorstellen met betrekking tot FGR, VBI en FBI, TaxVisions
Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling. Memorie van toelichting. Algemeen, V-N 2023/44.17
Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling. Voorgestelde wettekst met artikelsgewijze toelichting, V-N 2023/44.18
Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling. Advies Raad van State en nader rapport, V-N 2023/44.19
NOB in commentaar op belastingpakket: BOR/DSR kent alleen versoberingen, geen verbeteringen, TaxLive
Staatssecretaris geeft inzicht in inhoud pakket Belastingplan 2024, V-N 2023/39.3
Inhoud pakket Belastingplan 2024 bekendgemaakt, V-N 2023/22.3
Voorjaarsnota 2023 aangeboden aan Tweede Kamer, V-N 2023/21.3
Kabinet beantwoordt vragen Tweede Kamer over kabinetsreactie op evaluatierapport fbi en vbi, V-N 2023/18.6
NOB zet vraagtekens bij voorgestelde vastgoedmaatregel, TaxLive
Consultatie conceptwetsvoorstel Wet aanpassing fonds voor gemene rekening, vbi en fbi gestart, V-N 2023/15.8
Naslag
Parlementaire geschiedenis
Documenten:
Stb. 2023, nr. 502
Brief van de staatssecretaris van Financiën - Fiscaliteit en Belastingdienst over de aanpassing van het fbi-regime, EK, 36422, nr. F
Nota nav tweede verslag, EK, 36422, nr. E
Tweede verslag, EK, 36422, nr. D
Nota naar aanleiding van het verslag, EK, 36422, nr. C
Verslag EK, 36422, nr. B
Nota van wijziging inzake Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 tot aanpassing van de regeling voor de fiscale beleggingsinstelling (Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling), betreft redactionele wijzigingen, 36422
Nota naar aanleiding van het verslag inzake Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 tot aanpassing van de regeling voor de fiscale beleggingsinstelling (Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling), 36422
Verslag, 36422, nr. 5
Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling, Advies Afdeling advisering Raad van State en Nader rapport, 36422, nr. 4
Uitvoeringstoets Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling, 36422, nr. 3 (bijlage)
Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling, memorie van toelichting, 36422, nr. 3
Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling, voorstel van wet, 36422, nr. 2
Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling, Koninklijke boodschap, 36422, nr. 1