RvdW 2011/153
Te hoge schatting wederrechtelijk verkregen voordeel.
HR 11-01-2011, ECLI:NL:HR:2011:BO5235
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
11 januari 2011
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, B.C. de Savornin Lohman, M.A. Loth
- Zaaknummer
09/02824 P
- Conclusie
A-G Jörg
- LJN
BO5235
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Materieel strafrecht / Sancties
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BO5235, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 11‑01‑2011
ECLI:NL:PHR:2011:BO5235, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑11‑2010
- Wetingang
Srart. 36e; Svart. 440 lid 2
Essentie
Het wederrechtelijk verkregen voordeel kan niet op een hoger bedrag worden geschat dan uit de bewijsmiddelen blijkt. Hoge Raad doet de zaak zelf af.
Partij(en)
Arrestop het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam van 16 april 2004, nummer 23/000092-02, op een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ten laste van: E. Adv. mr. R.P. Adema, te Utrecht.
Conclusie
Conclusie A-G mr. Jörg:
1.
Aan verzoeker is bij arrest van 16 april 2004 door het gerechtshof te Amsterdam de verplichting opgelegd om € 5000 aan de Staat te betalen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.