Einde inhoudsopgave
Regeling Europese EZK- en LNV-subsidies
Artikel 4.9.5 Subsidiabele kosten
Geldend
Geldend van 04-05-2022 tot 31-12-2025
- Bronpublicatie:
22-04-2022, Stcrt. 2022, 11784 (uitgifte: 03-05-2022, regelingnummer: WJZ/ 21213913)
- Inwerkingtreding
04-05-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-04-2022, Stcrt. 2022, 11784 (uitgifte: 03-05-2022, regelingnummer: WJZ/ 21213913)
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
1.
Voor subsidie komen uitsluitend de kosten, bedoeld in artikel 1.3, eerste lid, onderdelen a, b, c en d, in aanmerking, overeenkomstig het tweede tot en met vierde lid.
2.
Voor de oprichting van een projectmatig samenwerkingsverband en het gezamenlijk formuleren van een projectplan, wordt in afwijking van artikel 2.11, tweede lid, onderdeel c, tot een jaar voor de datum van indienen van de aanvraag tot subsidieverlening, 100% subsidie verstrekt voor de volgende kosten:
- a.
kosten voor het werven van deelnemers;
- b.
kosten voor het netwerken om het project goed te definiëren;
- c.
kosten voor het opstellen van een projectplan en de samenwerkingsovereenkomst;
- d.
kosten voor projectmanagement en projectadministratie.
3.
Voor de uitvoering van een proefproject wordt 100% subsidie verstrekt voor de volgende kosten:
- e.
coördinatiekosten van het samenwerkingsverband;
- f.
kosten voor het verspreiden van resultaten van het project;
- g.
operationele kosten direct verbonden aan de uitvoering van het proefproject, waaronder kosten gemaakt voor monitoring van het project;
- h.
kosten voor projectmanagement en projectadministratie.
4.
Indien voor de uitvoering van een proefproject een fysieke investering wordt gedaan, wordt 40% subsidie verstrekt voor de volgende kosten:
- i.
kosten voor de bouw of verbetering van stallen;
- j.
kosten voor de verwerving of leasing van onroerende zaken;
- k.
kosten voor de aankoop van grond;
- l.
kosten van de koop of huurkoop van nieuwe machines en installaties tot maximaal de marktwaarde van de activa;
- m.
kosten van verwerving of ontwikkeling van computersoftware;
- n.
kosten van verwerving van merken.
5.
In afwijking van de artikelen 1.3, eerste lid, onderdeel a, en 1.4, eerste lid, onderdeel a, subonderdeel 1 en 2, worden de loonkosten berekend door een per medewerker bepaald individueel uurtarief, berekend op basis van bruto jaarloon, vermeerderd met een opslag van 43,5% voor werkgeverslasten waarna over dat bedrag 15% aan overheadkosten wordt berekend en dat bedrag vervolgens wordt gedeeld door 1.720 uur op basis van een 40-urige werkweek, te vermenigvuldigen met het aantal aan het project of de investering bestede uren.
6.
In afwijking van artikel 1.4, tweede lid, worden indien gebruik wordt gemaakt van de rekenmethode, bedoeld in het vijfde lid, de kosten van de door een subsidieontvanger verrichte eigen arbeid, bedoeld in artikel 69, eerste lid, onderdeel e, van verordening 1303/2013, berekend door het aantal uren dat de betrokken persoon ten behoeve van het project of de investering heeft gemaakt te vermenigvuldigen met een vast uurtarief van € 35,–.
7.
Overeenkomstig artikel 69, derde lid, onderdeel b, van verordening 1303/2013, zijn kosten voor de aankoop van niet-bebouwde en bebouwde grond subsidiabel tot een bedrag van maximaal 10% van de totale subsidiabele uitgaven van het project.