Einde inhoudsopgave
Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering BES
Artikel 46
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tekstplaatsing van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, zoals gewijzigd bij de Aanpassingswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (17-05-2010, Stb. 350) en de Aanpassingsregeling BES-wetten (28-09-2010, Stcrt. 15040). Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
22-09-2010, Stb. 2010, 497 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 01-01-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
1.
Onverminderd artikel 18d, maakt de griffier op aanwijzing van de rechter van de behandeling van een zaak een afzonderlijk doorlopend proces-verbaal op, waarin de namen en de woon- of verblijfplaatsen van partijen en van haar gemachtigden of raadslieden, alsmede het volgnummer van de zaak in het algemeen register en de datum van iedere terechtzitting, worden vermeld.
2.
In dat proces-verbaal wordt, behoudens het bepaalde omtrent zaken die niet aan hoger beroep onderworpen zijn, al het ter terechtzitting voorgevallene vermeld. De fungerend voorzitter of de rechter in eerste aanleg en de griffier ondertekenen dit proces-verbaal binnen tweemaal 24 uren na iedere terechtzitting of verrichting.
3.
Indien hetzij de rechter in eerste aanleg, hetzij de griffier zich in de onmogelijkheid bevindt om het proces-verbaal te ondertekenen, maakt degene die niet in dat geval verkeert, daarvan melding in dat stuk.
4.
Indien de fungerend voorzitter zich in de onmogelijkheid bevindt het proces-verbaal te ondertekenen, geschiedt zulks door het oudste lid dat over de zaak gezeten heeft. Ten aanzien van het griffier van het Hof van Justitie vindt het derde lid toepassing.
5.
Eindvonnissen worden afzonderlijk opgemaakt en, behoudens in kort geding, vóór de uitspraak door de fungerend voorzitter of de rechter in eerste aanleg en de griffier ondertekend. Het derde en het vierde lid vinden overeenkomstige toepassing.