Einde inhoudsopgave
Besluit ECB/2014/16 (2014/360/EU) betreffende de oprichting van een administratieve raad voor toetsing en zijn werkwijze
Bijlage Methode voor de omslag van de door de aanvrager en ECB gemaakte kosten in het kader van een toetsing door de administratieve raad
Geldend
Geldend vanaf 17-05-2023
- Bronpublicatie:
13-04-2023, PbEU 2023, L 112 (uitgifte: 27-04-2023, regelingnummer: 2023/864 (ECB/2023/11))
- Inwerkingtreding
17-05-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-04-2023, PbEU 2023, L 112 (uitgifte: 27-04-2023, regelingnummer: 2023/864 (ECB/2023/11))
- Vakgebied(en)
EU-recht / Instituties
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
In de gevallen waarin de Raad van bestuur een oorspronkelijk besluit intrekt of het dispositief wijzigt ten gevolge van een kennisgeving van toetsing, zal de ECB de door de aanvrager gemaakte kosten in het kader van de toetsing vergoeden, met uitzondering van alle onevenredige kosten die door de aanvrager zijn gemaakt bij het indien van schriftelijk of mondeling bewijs en in verband met de juridische vertegenwoordiging, welke voor rekening van de aanvrager komen. De vergoeding van de door de aanvrager gemaakte kosten door de ECB overschrijdt in geen geval het bedrag van 50 000 EUR per individuele toetsing door de administratieve raad.
In de gevallen waarin de directie het oorspronkelijke besluit vervangt door een besluit waarvan de inhoud identiek is aan die van het oorspronkelijke besluit of enkel het niet-operatieve deel van het oorspronkelijke besluit wijzigt als gevolg van de kennisgeving van toetsing, zal de aanvrager bijdragen in de door de ECB in het kader van de toetsing gemaakte kosten. Natuurlijke personen moeten een bedrag ineens van 500 EUR betalen. Rechtspersonen moeten een bedrag ineens van 5 000 EUR betalen. De betaling van dit bedrag ineens laat de toepassing van artikel 13 van dit besluit onverlet.
In de gevallen waarin de aanvrager krachtens artikel 7, lid 6, van dit besluit een kennisgeving van toetsing intrekt, alsmede in gevallen waarin dit in het licht van de specifieke omstandigheden gerechtvaardigd is, dragen de aanvrager en de ECB in voorkomend geval hun eigen kosten, naargelang van het geval.