Einde inhoudsopgave
Besluit vakantie en vrijstelling van dienst ambtenaren BES
Artikel 37a
Geldend
Geldend vanaf 12-12-2019. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2017
- Bronpublicatie:
28-11-2019, Stb. 2019, 458 (uitgifte: 11-12-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
12-12-2019, terugwerkend tot: 01-01-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-11-2019, Stb. 2019, 458 (uitgifte: 11-12-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ambtenarenrecht / Vergoeding
Ambtenarenrecht / Verlof
Ambtenarenrecht / Ziekte
1.
De vrouwelijke ambtenaar heeft in verband met haar bevalling recht op zwangerschaps- en bevallingsverlof met doorbetaling van het volle inkomen.
2.
Het recht op het zwangerschapsverlof bestaat vanaf zes weken voor de dag na de vermoedelijke datum van bevalling, zoals aangegeven in een schriftelijke verklaring van een arts of verloskundige, tot en met de dag van de bevalling. Het zwangerschapsverlof gaat in uiterlijk vier weken voor de dag na de vermoedelijke datum van bevalling.
3.
Het recht op bevallingsverlof gaat in op de dag na de dag van de bevalling en bedraagt tien aaneengesloten weken vermeerderd met het aantal dagen dat het zwangerschapsverlof tot en met de vermoedelijke datum van bevalling, dan wel, indien eerder gelegen, tot en met de werkelijke datum van bevalling, minder dan zes weken heeft bedragen.
4.
Het verlof, bedoeld in het tweede en derde lid, wordt voor de toepassing van dit besluit gelijkgesteld met verhindering tot dienstverrichting wegens ziekte.