Einde inhoudsopgave
Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering BES
Artikel 870
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tekstplaatsing van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, zoals gewijzigd bij de Aanpassingswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (17-05-2010, Stb. 350) en de Aanpassingsregeling BES-wetten (28-09-2010, Stcrt. 15040). Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
22-09-2010, Stb. 2010, 497 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 01-01-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
1.
Het rechterlijk bevel tot betaling houdt in:
- a.
de naam, de voornamen, de woonplaats van de schuldeiser en, indien deze niet hier te lande woonplaats heeft, diens gekozen woonplaats, alsmede de gekozen woonplaats waar de rechter zitting houdt;
- b.
de naam, de voornamen en de woonplaats van de schuldenaar;
- c.
het bedrag der vordering, alsmede een summiere opgave van de gronden waarop deze berust;
- d.
het bevel tot voldoening van hetgeen aan hoofdsom, rente en kosten is toegewezen;
- e.
de vermelding dat het rechterlijk bevel tot betaling aan verzet is onderworpen;
- f.
het bevel tot voorlopige tenuitvoerlegging, indien dit gegeven is.
2.
De griffier tekent op het oorspronkelijke verzoekschrift de uitgifte van het rechterlijk bevel tot betaling aan en zendt een in executoriale vorm opgemaakte expeditie van het bevel onverwijld aan de schuldeiser. De griffier zendt bij gewone brief een afschrift aan de schuldenaar.