Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2018/1724 tot oprichting van één digitale toegangspoort voor informatie, procedures en diensten voor ondersteuning en probleemoplossing en houdende wijziging van Verordening (EU) 1024/2012
Artikel 14 Technisch systeem voor de grensoverschrijdende geautomatiseerde uitwisseling van bewijs en de toepassing van het ‘eenmaligheidsbeginsel’
Geldend
Geldend vanaf 11-12-2018
- Bronpublicatie:
02-10-2018, PbEU 2018, L 295 (uitgifte: 21-11-2018, regelingnummer: 2018/1724)
- Inwerkingtreding
11-12-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
02-10-2018, PbEU 2018, L 295 (uitgifte: 21-11-2018, regelingnummer: 2018/1724)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Marktintegratie
Informatierecht / ICT
1.
De Commissie stelt in samenwerking met de lidstaten een technisch systeem in voor de geautomatiseerde uitwisseling van bewijs tussen de bevoegde instanties in verschillende lidstaten (‘het technische systeem’) met het oog op de uitwisseling van bewijs voor de in bijlage II bij deze verordening vermelde onlineprocedures en de bij de Richtlijnen 2005/36/EG, 2006/123/EG, 2014/24/EU en 2014/25/EU vastgestelde procedures.
2.
Als de bevoegde instanties op wettige wijze in hun eigen lidstaat en in een elektronische vorm die geautomatiseerde uitwisseling mogelijk maakt, bewijs verstrekken dat relevant is voor de in lid 1 bedoelde onlineprocedures, stellen zij dergelijk bewijs ook ter beschikking van de verzoekende bevoegde instanties van andere lidstaten in een elektronische vorm die geautomatiseerde uitwisseling mogelijk maakt.
3.
Het technische systeem zorgt met name voor het volgende:
- a)
het maakt het mogelijk verzoeken om bewijzen op uitdrukkelijk verzoek van de gebruiker te verwerken;
- b)
het biedt toegangs- en uitwisselingsmogelijkheden voor de verwerking van verzoeken om bewijzen;
- c)
het biedt bevoegde instanties de mogelijkheid bewijzen naar elkaar te verzenden;
- d)
het biedt de verzoekende bevoegde instantie de mogelijkheid het bewijs te verwerken;
- e)
het waarborgt de vertrouwelijkheid en integriteit van het bewijs;
- f)
het biedt de gebruiker de mogelijkheid het door de verzoekende bevoegde instantie te gebruiken bewijs vooraf te bekijken en te kiezen of hij al dan niet wil doorgaan met de uitwisseling van bewijs;
- g)
het waarborgt een passende mate van interoperabiliteit met andere relevante systemen;
- h)
het waarborgt een hoog beveiligingsniveau voor het toezenden en verwerken van bewijs;
- i)
het verwerkt geen andere gegevens dan die welke strikt noodzakelijk zijn om bewijs te kunnen uitwisselen, en uitsluitend gedurende de tijd die daartoe nodig is.
4.
Het gebruik van het technische systeem is niet verplicht voor gebruikers en is alleen op hun uitdrukkelijk verzoek toegestaan, tenzij krachtens Unie- of nationaal recht anders is bepaald. De gebruikers wordt toegestaan om bewijs op een andere manier dan via het technische systeem rechtstreeks aan de verzoekende bevoegde instantie over te leggen.
5.
De in lid 3, onder f), van dit artikel bedoelde mogelijkheid om het bewijs vooraf te bekijken, wordt niet vereist voor procedures waarbij geautomatiseerde grensoverschrijdende gegevensuitwisseling zonder die mogelijkheid is toegestaan krachtens het toepasselijke Unie- of nationale recht. Die mogelijkheid om het bewijs vooraf te bekijken laat de verplichting om de in de artikelen 13 en 14 van Verordening (EU) 2016/679 bedoelde informatie te verstrekken onverlet.
6.
De lidstaten integreren het volledig operationele technische systeem in de in lid 1 bedoelde procedures.
7.
Op uitdrukkelijk, vrijelijk gegeven, specifiek, geïnformeerd en ondubbelzinnig verzoek van de betrokken gebruiker dienen de bevoegde instanties die verantwoordelijk zijn voor de in lid 1 bedoelde onlineprocedures, via het technische systeem rechtstreeks een verzoek om een bewijs in bij bevoegde instanties die bewijzen verstrekken in andere lidstaten. De in lid 2 bedoelde bevoegde instanties die bewijzen verstrekken, stellen die bewijzen, overeenkomstig lid 3, onder e), via hetzelfde systeem ter beschikking.
8.
Het aan de verzoekende bevoegde instantie ter beschikking gestelde bewijs is beperkt tot hetgeen gevraagd is en die instantie gebruikt het uitsluitend voor het doeleinde van de procedure waarvoor het bewijs is uitgewisseld. De via het technische systeem uitgewisselde bewijzen worden voor de doeleinden van de verzoekende bevoegde instantie geacht authentiek te zijn.
9.
Uiterlijk op 12 juni 2021 stelt de Commissie uitvoeringshandelingen vast waarin de voor de uitvoering van dit artikel benodigde technische en operationele specificaties van het technische systeem worden bepaald. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 37, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld.
10.
De leden 1 tot en met 8 zijn niet van toepassing op procedures die op het niveau van de Unie zijn vastgesteld en die voorzien in andere mechanismen voor de uitwisseling van bewijs, tenzij het voor de toepassing van dit artikel benodigde technische systeem in die procedures is geïntegreerd overeenkomstig de regels van de Unie waarbij die procedures zijn vastgesteld.
11.
De Commissie en elk van de lidstaten zijn verantwoordelijk voor de ontwikkeling, de beschikbaarheid, het onderhoud, de supervisie, de monitoring en het beveiligingsbeheer van hun respectieve onderdelen van het technische systeem.