Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2016/794 betreffende het Agentschap van de Europese Unie voor samenwerking op het gebied van rechtshandhaving (Europol)
Artikel 60 Indiening van de rekeningen en kwijting
Geldend
Geldend vanaf 28-06-2022
- Bronpublicatie:
08-06-2022, PbEU 2022, L 169 (uitgifte: 27-06-2022, regelingnummer: 2022/991)
- Inwerkingtreding
28-06-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-06-2022, PbEU 2022, L 169 (uitgifte: 27-06-2022, regelingnummer: 2022/991)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Instituties
Privacy / Internationaal gegevensverkeer
Privacy / Verwerking persoonsgegevens
Openbare orde en veiligheid / Terrorismebestrijding
Internationaal strafrecht / Justitiële en politionele samenwerking
1.
De rekenplichtige van Europol dient de voorlopige rekeningen van het begrotingsjaar (jaar N) uiterlijk op 1 maart van het volgende begrotingsjaar (jaar N + 1) in bij de rekenplichtige van de Commissie en bij de Rekenkamer.
2.
Europol zendt een verslag over het budgettaire en financiële beheer voor jaar N uiterlijk op 31 maart van jaar N + 1 toe aan het Europees Parlement, de Raad en de Rekenkamer.
3.
Uiterlijk op 31 maart van jaar N + 1 zendt de rekenplichtige van de Commissie de voorlopige rekeningen van Europol voor jaar N, die met de rekeningen van de Commissie zijn geconsolideerd, toe aan de Rekenkamer.
4.
Na ontvangst van de opmerkingen van de Rekenkamer over de voorlopige rekeningen van Europol voor het jaar N op grond van artikel 246 van Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 van het Europees Parlement en de Raad (1), maakt de rekenplichtige van Europol de definitieve rekeningen van Europol voor dat jaar op. De uitvoerend directeur dient die definitieve rekeningen voor advies in bij de raad van bestuur.
5.
De raad van bestuur brengt advies uit over de definitieve rekeningen van Europol voor jaar N.
6.
Uiterlijk op 1 juli van het jaar N + 1 zendt de rekenplichtige van Europol de definitieve rekeningen voor jaar N, samen met het in lid 5 bedoelde advies van de raad van bestuur, toe aan het Europees Parlement, de Raad, de Commissie, de Rekenkamer en de nationale parlementen.
7.
De definitieve rekeningen voor jaar N worden uiterlijk op 15 november van jaar N + 1 bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.
8.
De uitvoerend directeur geeft de Rekenkamer uiterlijk op 30 september van jaar N + 1 antwoord op de opmerkingen in het jaarverslag van de Rekenkamer. Hij dient dit antwoord ook in bij de raad van bestuur.
9.
Op verzoek van het Europees Parlement verstrekt de uitvoerend directeur het alle inlichtingen die nodig zijn voor het goede verloop van de kwijtingsprocedure voor het jaar N, overeenkomstig artikel 106, lid 3, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/715.
10.
Vóór 15 mei van het jaar N + 2 verleent het Europees Parlement op aanbeveling van de Raad, die met gekwalificeerde meerderheid van stemmen besluit, de uitvoerend directeur kwijting voor de uitvoering van de begroting van het begrotingsjaar N.
Voetnoten
Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juli 2018 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie, tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 1296/2013, (EU) nr. 1301/2013, (EU) nr. 1303/2013, (EU) nr. 1304/2013, (EU) nr. 1309/2013, (EU) nr. 1316/2013, (EU) nr. 223/2014, (EU) nr. 283/2014 en Besluit nr. 541/2014/EU en tot intrekking van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 (PB L 193 van 30.7.2018, blz. 1).