Einde inhoudsopgave
Landsverordening administratieve rechtspraak [Curaçao]
Artikel 56
Geldend
Geldend vanaf 26-09-2015
- Bronpublicatie:
11-09-2015, Publicatieblad van Curaçao 2015, 46 (uitgifte: 25-09-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
26-09-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-09-2015, Publicatieblad van Curaçao 2015, 46 (uitgifte: 25-09-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Bestuursprocesrecht / Algemeen
Staatsrecht / Rechtspraak
1.
De termijn voor het indienen van een bezwaarschrift bedraagt zes weken. Deze termijn vangt aan op de dag na die waarop de beschikking is gegeven
2.
De dag waarop de beschikking is verzonden of uitgereikt, geldt als de dag waarop deze is gegeven.
3.
Een voor het begin van de termijn ingediend bezwaarschrift wordt niet op die grond niet-ontvankelijk verklaard, indien de beschikking ten tijde van de indiening reeds tot stand was gekomen of de indiener redelijkerwijs kon menen dat dit het geval was. De behandeling van het bezwaar kan worden aangehouden tot het begin van de termijn.
4.
Wanneer het bezwaarschrift na afloop van de daarvoor gestelde termijn is ingediend, blijft niet-ontvankelijkheid op grond daarvan achterwege, indien de bezwaarde aantoont dat de termijnoverschrijding het gevolg is van hem niet toe te rekenen bijzondere omstandigheden en dat hij het bezwaarschrift heeft ingediend zo spoedig als dit redelijkerwijs kon worden verlangd.
5.
Het bestuursorgaan doet bij zijn beschikking mededeling van de mogelijkheid van het indienen van bezwaar bij het bestuursorgaan en de beroepstermijn.