Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2021/1059 betreffende specifieke bepalingen voor de doelstelling ‘Europese territoriale samenwerking’ (Interreg) ondersteund door het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling en door externe financieringsinstrumenten
Artikel 15 Thematische concentratie
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2021
- Bronpublicatie:
24-06-2021, PbEU 2021, L 231 (uitgifte: 30-06-2021, regelingnummer: 2021/1059)
- Inwerkingtreding
01-07-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-06-2021, PbEU 2021, L 231 (uitgifte: 30-06-2021, regelingnummer: 2021/1059)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Financiering
Milieurecht / Algemeen
EU-recht / Marktintegratie
Ondernemingsrecht / Europees ondernemingsrecht
Sociale zekerheid algemeen / Bijzondere onderwerpen
1.
Ten minste 60 % van de EFRO-bijdrage en, indien van toepassing, van de externe financieringsinstrumenten van de Unietoewijzingen aan elk van de Interreg A-, B- en D-programma's wordt toegewezen aan beleidsdoelstelling 2 en maximaal twee andere beleidsdoelstellingen genoemd in artikel 5, lid 1, van Verordening (EU) 2021/1060.
Aan de Interreg A-programma's volgens binnenlandse landgrenzen wordt ten minste 60 % van de toegewezen EFRO-bijdrage toegewezen aan de beleidsdoelstellingen 2 en 4 en maximaal twee andere beleidsdoelstellingen genoemd in artikel 5, lid 1, van Verordening (EU) 2021/1060.
2.
Van de EFRO-bijdrage en, indien van toepassing, van de externe financieringsinstrumenten van de Unie aan elk Interreg A-, B- en D-programma kan tot 20 % worden toegewezen aan de specifieke Interreg-doelstelling ‘een beter op samenwerking gebaseerd bestuur’ en tot 5 % aan de specifieke Interreg-doelstelling ‘een veiliger, zekerder Europa’.
3.
Indien een Interreg B-programma een macroregionale strategie of een zeebekkenstrategie ondersteunt, draagt ten minste 80 % van de EFRO-bijdrage evenals, indien van toepassing, een gedeelte van de toewijzingen van de financieringsinstrumenten voor extern optreden van de Unie voor andere prioriteiten dan technische bijstand bij aan de doelstellingen van die strategie.
4.
Alle in artikel 5, lid 1, van Verordening (EU) 2021/1060 genoemde beleidsdoelstellingen en de specifieke doelstelling voor Interreg van ‘een beter op samenwerking gebaseerd bestuur’ kunnen voor het Interreg Europa-programma en het Urbact-programma worden geselecteerd. Voor de programma's Interact en Espon worden de totale EFRO-bijdrage en, indien van toepassing, van de externe financieringsinstrumenten van de Unie toegewezen aan de specifieke Interreg-doelstelling ‘een beter op samenwerking gebaseerd bestuur’.