Einde inhoudsopgave
Protocol bij het Verdrag van 1979 betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand inzake vermindering van verzuring, eutrofiëring en ozon op leefniveau
Artikel 11 Beslechting van geschillen
Geldend
Geldend vanaf 17-05-2005
- Bronpublicatie:
30-11-1999, Trb. 2001, 164 (uitgifte: 03-10-2001, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
17-05-2005
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-04-2005, Trb. 2005, 91 (uitgifte: 01-01-2005, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Algemeen
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
In het geval van een geschil tussen twee of meer Partijen betreffende de uitlegging of toepassing van dit Protocol trachten de betrokken Partijen het geschil te beslechten door middel van onderhandelingen of op een andere vreedzame wijze van hun eigen keuze. De Partijen bij het geschil stellen het Uitvoerend Orgaan in kennis van hun geschil.
2.
Bij de bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring van dan wel toetreding tot dit Protocol of op enig tijdstip daarna kan een Partij die geen regionale organisatie voor economische integratie is, in een schriftelijke bij de depositaris ingediende akte verklaren dat zij, met betrekking tot een geschil betreffende de uitlegging of toepassing van het Protocol, beide onderstaande wijzen van geschillenbeslechting of een daarvan ipso facto en zonder bijzondere overeenkomst als dwingend erkent ten opzichte van elke Partij die dezelfde verplichting aanvaardt:
- a.
voorlegging van het geschil aan het Internationaal Gerechtshof;
- b.
arbitrage in overeenstemming met procedures die zo spoedig mogelijk door de Partijen op een zitting van het Uitvoerend Orgaan moeten worden aangenomen in een bijlage inzake arbitrage.
Een Partij die een regionale organisatie voor economische integratie is, kan een verklaring van gelijke strekking met betrekking tot arbitrage afleggen in overeenstemming met de onder b bedoelde procedures.
3.
Een ingevolge lid 2 afgelegde verklaring blijft van kracht totdat zij overeenkomstig haar bepalingen haar geldigheid verliest dan wel tot drie maanden nadat een schriftelijke kennisgeving van opzegging neergelegd is bij de depositaris.
4.
Een nieuwe verklaring, een kennisgeving van opzegging of het vervallen van de geldigheid van een verklaring zijn op generlei wijze van invloed op de procedure voor het Internationaal Gerechtshof of het scheidsgerecht, tenzij de Partijen bij het geschil anders overeenkomen.
5.
Indien de Partijen bij het geschil, behalve wanneer de betrokken Partijen dezelfde wijze van geschillenbeslechting overeenkomstig lid 2 hebben aanvaard, er na twaalf maanden te rekenen vanaf de kennisgeving van de ene Partij aan de andere dat tussen hen een geschil bestaat, niet in zijn geslaagd hun geschil te beslechten op de in lid 1 bedoelde wijzen, wordt het geschil op verzoek van een van de Partijen bij het geschil onderworpen aan een conciliatie.
6.
Voor de toepassing van lid 5 wordt een conciliatiecommissie opgericht. De commissie bestaat uit een gelijk aantal leden, benoemd door elke betrokken Partij of, wanneer bij de conciliatie betrokken Partijen eenzelfde belang hebben, door de groep die datzelfde belang heeft, en een voorzitter die door de aldus benoemde leden gezamenlijk gekozen is. De commissie doet uitspraak in de vorm van een aanbeveling, die de Partijen te goeder trouw in overweging nemen.