Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2021/1060 houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds Plus, het Cohesiefonds, het Fonds voor een rechtvaardige transitie en het Europees Fonds voor maritieme zaken, visserij en aquacultuur en de financiële regels voor die fondsen en voor het Fonds voor asiel, migratie en integratie, het Fonds voor interne veiligheid en het Instrument voor financiële steun voor grensbeheer en visumbeleid
Artikel 109 Middelen voor economische, sociale en territoriale samenhang
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2021
- Bronpublicatie:
24-06-2021, PbEU 2021, L 231 (uitgifte: 30-06-2021, regelingnummer: 2021/1060)
- Inwerkingtreding
01-07-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-06-2021, PbEU 2021, L 231 (uitgifte: 30-06-2021, regelingnummer: 2021/1060)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
EU-recht / Financiering
1.
De middelen voor economische, sociale en territoriale samenhang die voor de periode 2021–2027 voor begrotingsvastleggingen beschikbaar zijn binnen het MFK, bedragen 330 234 776 621 EUR (prijspeil 2018) voor het EFRO, het ESF+ en het Cohesiefonds, en 7 500 000 000 EUR (prijspeil 2018) voor het JTF.
De in de eerste alinea bedoelde middelen worden voor de toepassing van de JTF-verordening aangevuld met een bedrag van 10 000 000 000 EUR (prijspeil 2018) voor de in artikel 1, lid 2, van Verordening (EU) 2020/2094 van de Raad (1) bedoelde maatregelen. Dit bedrag wordt aangemerkt als externe bestemmingsontvangst voor de toepassing van artikel 21, lid 5, van het Financieel Reglement.
Ten behoeve van de programmering en de daaropvolgende opvoering in de begroting van de Unie worden de in de eerste en de tweede alinea vermelde bedragen met 2 % per jaar geïndexeerd.
2.
De Commissie stelt bij uitvoeringshandeling een besluit vast met de jaarlijkse verdeling van de totale middelen voor het EFRO, het ESF+ en het Cohesiefonds per lidstaat voor de doelstelling ‘investeren in werkgelegenheid en groei’ en, waar van toepassing, per regiocategorie, overeenkomstig de in bijlage XXVI opgenomen methoden.
Dat besluit bevat tevens de jaarlijkse verdeling, per lidstaat, van de totale middelen voor de doelstelling ‘Europese territoriale samenwerking’ (Interreg).
3.
Van de in lid 1, eerste en tweede alinea, bedoelde middelen wordt, na aftrek van de steun aan de in artikel 110, lid 3, bedoelde CEF, 0,35 % toegewezen aan technische bijstand op initiatief van de Commissie.
Voetnoten
Verordening (EU) 2020/2094 van de Raad van 14 december 2020 tot vaststelling van een herstelinstrument van de Europese Unie ter ondersteuning van het herstel na de COVID-19-crisis (PB L 433I van 22.12.2020, blz. 23).