Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsreglement Europees Octrooiverdrag 2000
Regel 2 Indiening van stukken; Vormvoorschriften
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2015
- Bronpublicatie:
15-10-2014, Trb. 2015, 63 (uitgifte: 21-04-2015, regelingnummer: CA/D6/14)
- Inwerkingtreding
01-04-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-10-2014, Trb. 2015, 63 (uitgifte: 21-04-2015, regelingnummer: CA/D6/14)
- Vakgebied(en)
Intellectuele-eigendomsrecht / Octrooirecht
Internationaal privaatrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
In de procedures voor het Europees Octrooibureau kunnen stukken door rechtstreekse overhandiging, per post of met behulp van elektronische communicatie worden ingediend. De President van het Europees Octrooibureau legt de nadere details en voorwaarden en indien aangewezen eventuele bijzondere formele of technische vereisten voor de indiening van stukken vast. Hij kan in het bijzonder bepalen dat een bevestiging dient te worden nagestuurd. Indien een dergelijke bevestiging niet tijdig is ingediend, wordt de Europese octrooiaanvrage afgewezen; nadien ingediende stukken worden geacht niet te zijn ontvangen.
2.
Indien het Verdrag bepaalt dat een stuk dient te worden ondertekend, kan de authenticiteit van het stuk worden bevestigd door middel van een handgeschreven handtekening of met behulp van andere passende middelen waarvan het gebruik is toegestaan door de President van het Europees Octrooibureau. Een met behulp van deze andere middelen gewaarmerkt stuk wordt geacht op dezelfde wijze te voldoen aan de wettelijke vereisten omtrent handtekeningen als een schriftelijk, in de papieren vorm ingediend stuk dat is voorzien van een handgeschreven handtekening.