Einde inhoudsopgave
Officiële mededeling van de Commissie van advies voor de zaken betreffende de burgerlijke staat en de nationaliteit inzake het opmaken van geboorteakten
Tekst
Geldend
Geldend vanaf 26-06-2002
- Bronpublicatie:
28-05-2002, Stcrt. 2002, 119 (uitgifte: 26-06-2002, regelingnummer: 1/2002)
- Inwerkingtreding
26-06-2002
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-05-2002, Stcrt. 2002, 119 (uitgifte: 26-06-2002, regelingnummer: 1/2002)
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Afstamming en adoptie
Staatsrecht / Nationaliteitsrecht
Het is de Commissie gebleken dat in de praktijk verschillend wordt omgegaan met het opmaken van geboorteakten in gevallen waarin niet duidelijk is of de ouders met elkaar gehuwd zijn en in gevallen waarin er onvoldoende dan wel in het geheel geen gegevens van de moeder van het kind voorhanden zijn. Soms wordt gewacht met het opmaken van de geboorteakte totdat nadere gegevens verkregen zijn.
De Commissie meent dat als algemeen uitgangspunt dient te gelden dat zo snel mogelijk een akte van geboorte van een kind dient te worden opgemaakt. Zonodig kan op een later tijdstip een verbetering worden aangebracht.
Er valt een aantal regelmatig voorkomende gevallen te onderscheiden. Deze worden hierna vermeld met een advies voor de te volgen handelwijze.
- 1)geboorteaangifte van een kind waarvan de moeder niet in de gemeentelijke basisadministratie (gba) is opgenomen en haar identiteit niet kan worden vastgesteld
De Commissie adviseert om te trachten gegevens over de moeder te achterhalen door een doktersverklaring te vragen op grond van art. 19e, achtste lid , van Boek 1 BW. Indien vervolgens de identiteit van de moeder kan worden vastgesteld, kan een geboorteakte worden opgemaakt met vermelding van de moeder. Indien de hiervoor bepaalde termijn inmiddels is overschreden kan de aangifte op grond van art. 19e, vijfde lid, van Boek 1 BW door of vanwege de burgemeester geschieden.
Indien de identiteit van de moeder niet kan worden vastgesteld, wordt aangeraden om op grond van art. 19b van Boek 1 BW de officier van justitie een bevel te vragen om de geboorteakte overeenkomstig zijn aanwijzingen op te maken. Vaak zal in zo'n geval de termijn voor het doen van geboorteaangifte verstreken zijn.
De aangifte dient dan alsnog door een bevoegde aangever gedaan te worden. Indien er geen aangever is, kan de aangifte door of vanwege de burgemeester geschieden.
- 2)geboorteaangifte van een kind waarvan de ouders niet als gehuwd in de gba zijn opgenomen, maar wel stellen met elkaar gehuwd te zijn. Een afschrift of uittreksel uit de huwelijksakte wordt niet overgelegd, maar kan wel verkregen worden
Aangeraden wordt om een geboorteakte op te maken van een buiten huwelijk geboren kind. Indien vervolgens een afschrift of uittreksel uit de huwelijksakte wordt overgelegd — indien nodig voorzien van legalisatie en eventuele verificatie — kunnen de gegevens omtrent het huwelijk in de gba worden opgenomen. Voor verbetering van de geboorteakte van het kind dient dan de procedure van art. 24 van Boek 1 BW te worden gevolgd.
- 3)geboorteaangifte van een kind waarvan de ouders niet als gehuwd in de gba zijn opgenomen en een afschrift of uittreksel uit de huwelijksakte overleggen dat legalisatie en eventueel verificatie behoeft
Indien er geen reden is om aan de juistheid van de in de huwelijksakte opgenomen gegevens te twijfelen, kan — in afwachting van de legalisatie en eventueel de verificatie — een geboorteakte worden opgemaakt van een uit huwelijk geboren kind. Het afschrift of uittreksel uit de huwelijksakte dient wel gelegaliseerd en eventueel geverifieerd te worden, tenzij er sprake is van één van de in de circulaire inzake legalisatie en verificatie van buitenlandse bewijsstukken betreffende de staat van personen genoemde omstandigheden die vrijstelling van legalisatie en eventuele verificatie rechtvaardigen.
Indien vervolgens geen gelegaliseerd en eventueel geverifieerd afschrift of uittreksel uit de huwelijksakte wordt overgelegd zonder dat er reden is voor vrijstelling daarvan, bestaat er aanleiding om de geboorteakte overeenkomstig art. 24 van Boek 1 BW te laten wijzigen in een geboorteakte van een buiten huwelijk geboren kind.
Indien er wel reden is om te twijfelen aan de juistheid van de in de huwelijksakte opgenomen gegevens, wordt aangeraden een geboorteakte op te maken van een buiten huwelijk geboren kind. De geboorteakte kan verbeterd worden, eveneens overeenkomstig art. 24 van Boek 1 BW, na overlegging van een gelegaliseerd en eventueel geverifieerd afschrift of uittreksel uit de huwelijksakte.
- 4)geboorteaangifte van een kind waarvan de ouders zijn opgenomen in de gba en slechts bij één ouder een huwelijk vermeld staat op grond van een verklaring onder eed of belofte op grond van art. 36, tweede lid, onder e, van de Wet GBA
De Commissie adviseert om de andere ouder ook een verklaring onder eed of belofte als bovenbedoeld te laten afleggen indien diens verklaringen met betrekking tot het huwelijk blijkens de desbetreffende gedeelten (voorblad) van de rapporten van het eerste en het nader gehoor overeenstemmen met hetgeen hierover verklaard is door de ouder die reeds een verklaring onder eed of belofte heeft afgelegd. Vervolgens kan een geboorteakte worden opgemaakt van een uit huwelijk geboren kind.
- 5)geboorteaangifte van een kind waarvan de ouders niet zijn opgenomen in de gba en verklaren gehuwd te zijn. Een afschrift of uittreksel uit de huwelijksakte kan niet verkregen worden
Aangeraden wordt om een geboorteakte op te maken van een uit huwelijk geboren kind indien de door de ouders verstrekte persoonsgegevens blijkens de desbetreffende gedeelten (voorblad) van de rapporten van het eerste en het nader gehoor met elkaar overeenstemmen.
Indien de door de ouders afgelegde verklaringen inzake de bovenbedoelde gegevens niet met elkaar overeenkomen, dan wel er om andere redenen aanleiding is voor twijfel ten aanzien van de afgelegde verklaringen, wordt geadviseerd een geboorteakte op te maken van een buiten huwelijk geboren kind.