Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2016/1104 tot uitvoering van de nauwere samenwerking op het gebied van de bevoegdheid, het toepasselijke recht en de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen op het gebied van de vermogensrechtelijke gevolgen van geregistreerde partnerschappen
Artikel 69 Overgangsbepalingen
Geldend
Geldend vanaf 28-07-2016
- Redactionele toelichting
Gecorrigeerd via een rectificatie (PbEU 2017, L 113).
- Bronpublicatie:
24-06-2016, PbEU 2016, L 183 (uitgifte: 08-07-2016, regelingnummer: 2016/1104)
- Inwerkingtreding
28-07-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-06-2016, PbEU 2016, L 183 (uitgifte: 08-07-2016, regelingnummer: 2016/1104)
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht / Algemeen
Personen- en familierecht / Europees personen- en familierecht
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
1.
Onder voorbehoud van leden 2 en 3 is deze verordening slechts van toepassing op rechtsvorderingen die zijn ingesteld, authentieke akten die zijn verleden of ingeschreven en gerechtelijke schikkingen die zijn goedgekeurd of getroffen op of na 29 januari 2019.
2.
Als de vordering in de lidstaat van oorsprong vóór 29 januari 2019 is ingesteld, worden de op of na deze datum gegeven beslissingen erkend en ten uitvoer gelegd overeenkomstig hoofdstuk IV, mits de toegepaste bevoegdheidsregels in overeenstemming zijn met die welke in hoofdstuk II zijn bepaald.
3.
Hoofdstuk III is slechts van toepassing op partners die op of na 29 januari 2019 hun partnerschap registreren of het op de vermogensrechtelijke gevolgen van hun geregistreerd partnerschap toepasselijke recht bepalen.