Artikel 5 Consistentie, samenhang, synergieën en complementariteit

Bij de uitvoering van het instrument worden consistentie, coherentie, synergieën en complementariteit met alle gebieden van het externe optreden van de Unie, met inbegrip van andere externe financieringsinstrumenten, en met andere relevante beleidslijnen en programma's van de Unie, evenals de beleidscoherentie voor ontwikkeling gewaarborgd.

Daartoe houdt de Unie rekening met de effecten van al het interne en externe beleid op het gebied van duurzame ontwikkeling en streeft zij naar meer synergie en complementariteit, met name op het gebied van handelsbeleid, economische samenwerking en andere sectorale samenwerking.

Acties die binnen het toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 1257/96 vallen, worden niet op grond van het instrument gefinancierd.

Waar passend kan aan een actie waaraan een bijdrage uit hoofde van het instrument is toegekend, ook een bijdrage uit een ander programma van de Unie worden toegekend, op voorwaarde dat de bijdragen niet dezelfde kosten dekken. Het instrument kan ook bijdragen aan maatregelen die in het kader van andere programma's van de Unie zijn vastgesteld, op voorwaarde dat de bijdragen niet dezelfde kosten dekken. De regels van het desbetreffende programma van de Unie zijn van toepassing op de overeenkomstige bijdrage aan de actie. De cumulatieve financiering mag niet hoger zijn dan de totale subsidiabele kosten van de actie. De steun uit de verschillende programma's van de Unie kan op een pro-ratabasis worden berekend in overeenstemming met de documenten waarin de steunvoorwaarden zijn vastgesteld.