Einde inhoudsopgave
Wet merken BES
Artikel 43
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tekstplaatsing van de Merkenlandsverordening 1995, zoals gewijzigd bij de Aanpassingswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (17-05-2010, Stb. 350) en de Aanpassingsregeling BES-wetten (28-09-2010, Stcrt. 15040). Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
14-09-2010, Stb. 2010, 435 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 01-01-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Intellectuele-eigendomsrecht / Modellen- en merkenrecht
1.
Het verkregen recht op een merk eindigt, met terugwerkende kracht tot en met de datum van het in werking treden van deze wet, indien niet bij het verstrijken van een termijn van één jaar te rekenen met ingang van die datum, een bevestigend depot van dat merk is verricht met inachtneming van de vereisten, bepaald bij algemene maatregel van bestuur. De inschrijving van dit depot vermeldt het beroep op een verkregen recht en wat ter zake is opgegeven. Dit bevestigend depot treedt in de plaats van het depot van het merk dat is verricht onder het vóór het in werking treden van deze wet geldende recht. Indien evenwel de deposant beroep doet op een verkregen recht, terwijl hij weet of behoort te weten, dat dit recht niet bestaat, geldt het depot als te kwader trouw verricht.
2.
Het op een collectief merk verkregen recht eindigt voorts met terugwerkende kracht tot en met de datum van het in werking treden van deze wet, indien bij het in het eerste lid bedoelde bevestigende depot geen reglement op het gebruik en toezicht is overgelegd. De artikelen 25, 33 en 38, tweede lid, zijn van toepassing.
3.
Op depots als bedoeld in het eerste en tweede lid is artikel 10 van toepassing.
4.
In afwijking van artikel 20 hebben alle in artikel 42 bedoelde bevestigende depots, die overeenkomstig deze wet zijn verricht tussen 10 oktober 2010 en 10 oktober 2011, een geldigheidsduur van één tot tien jaren. Deze verstrijkt in de maand en op de dag van het bevestigende depot, in het jaar waarvan het jaartal hetzelfde cijfer der eenheden bevat als het jaar, waarin het oudste verkregen recht, waarop beroep wordt gedaan, is ontstaan. De eerste vernieuwing van de inschrijving van deze depots kan op het tijdstip van het bevestigingsdepot gevraagd worden voor de duur van de termijn, genoemd in artikel 20, derde lid, en tegen betaling van de rechten, bepaald bij of krachtens algemene maatregel van bestuur.