Einde inhoudsopgave
Kadasterwet BES
Artikel 83
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2021
- Bronpublicatie:
08-04-2020, Stb. 2020, 149 (uitgifte: 22-05-2020, kamerstukken: 35109)
- Inwerkingtreding
01-01-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-11-2020, Stb. 2020, 487 (uitgifte: 02-12-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Goederenrecht / Algemeen
Vastgoedrecht (V)
1.
Het bestuur van de Dienst stelt de regels met betrekking tot de hoogte van de vergoedingen, bedoeld in artikel 82, eerste lid, niet vast dan nadat de bestuurscolleges van de openbare lichamen de gelegenheid is geboden om binnen acht weken na toezending van een voorstel met betrekking tot de hoogte van de vergoedingen zienswijzen kenbaar te maken.
2.
Bij het aanbieden ter goedkeuring, als bedoeld in artikel 17 van de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen, vermeldt het bestuur van de Dienst over de voorgestelde vergoedingen de zienswijze van de raad van toezicht, bedoeld in artikel 3 van de Organisatiewet Kadaster en de zienswijzen, bedoeld in het eerste lid dan wel het feit dat niet binnen de termijn, bedoeld in dat lid, zienswijzen kenbaar zijn gemaakt, alsmede de wijze waarop het bestuur met de zienswijzen van de raad van toezicht respectievelijk de bestuurscolleges is omgegaan.
3.
Het bepaalde krachtens artikel 11, vierde lid, is van overeenkomstige toepassing.