Einde inhoudsopgave
Wet openbare manifestaties
Artikel 9
Geldend
Geldend vanaf 27-04-1988
- Bronpublicatie:
20-04-1988, Stb. 1988, 157 (uitgifte: 26-04-1988, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 19427 Overheid.nl: 19427)
- Inwerkingtreding
27-04-1988
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-04-1988, Stb. 1988, 157 (uitgifte: 26-04-1988, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 19427Overheid.nl: 19427)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Justitie
- Vakgebied(en)
Staatsrecht / Grondrechten
Bijzonder strafrecht / Bijzondere onderwerpen strafrecht
1.
Degenen die in de nabijheid van een gebouw in gebruik bij het Internationaal Gerechtshof, een diplomatieke vertegenwoordiging of een consulaire vertegenwoordiging een samenkomst tot het belijden van godsdienst of levensovertuiging, vergadering of betoging houden of daaraan deelnemen, onthouden zich van gedragingen die het functioneren van de desbetreffende instelling aantasten.
2.
Ter bestrijding van gedragingen als bedoeld in het eerste lid kan de burgemeester tijdens een samenkomst tot het belijden van godsdienst of levensovertuiging, vergadering of betoging aanwijzingen geven, die degenen die deze houden of daaraan deelnemen in acht moeten nemen.
3.
Indien in strijd wordt gehandeld met een aanwijzing als bedoeld in het tweede lid en de omstandigheden het vorderen, kan de burgemeester aan degenen die een samenkomst tot het belijden van godsdienst of levensovertuiging, vergadering of betoging houden of daaraan deelnemen opdracht geven deze terstond te beëindigen en uiteen te gaan.
4.
Het bepaalde in het eerste tot en met derde lid is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van gebouwen in gebruik bij volkenrechtelijke organisaties, voor zover Nederland een overeenkomstige verplichting tot bescherming op zich heeft genomen als ten opzichte van de in het eerste lid genoemde instellingen.
5.
De in het vierde lid bedoelde gebouwen worden door Onze Ministers van Binnenlandse Zaken en van Buitenlandse Zaken in de Nederlandse Staatscourant bekendgemaakt.