Einde inhoudsopgave
Burgerlijk Wetboek BES Boek 1
Artikel 44
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tekstplaatsing van het Burgerlijk Wetboek Boek 1, zoals gewijzigd bij de Aanpassingswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (17-05-2010, Stb. 350) en de Aanpassingsregeling BES-wetten (28-09-2010, Stcrt. 15040). Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
27-09-2010, Stb. 2010, 494 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 01-01-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Afstamming en adoptie
Personen- en familierecht / Algemeen
Personen- en familierecht / Alimentatie
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
Personen- en familierecht / Bijzondere onderwerpen
Personen- en familierecht / Gezag en omgang
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
Personen- en familierecht / Kinderbescherming
Personen- en familierecht / Personenrecht
1.
Voor de aangifte van het huwelijk worden de volgende bescheiden aan de ambtenaar van de burgerlijke stand overgelegd:
- a.
de geboorteakte van ieder der aanstaande echtgenoten, en van elk van hen een gewaarmerkt afschrift van gegevens uit de basisadministratie persoonsgegevens, tenzij zij niet als ingezetene in een basisadministratie persoonsgegevens behoeven te zijn ingeschreven;
- b.
een akte van huwelijkstoestemming, gegeven door hen, wier toestemming tot het huwelijk noodzakelijk is; de akte van huwelijkstoestemming wordt door een ambtenaar van de burgerlijke stand of door een notaris opgemaakt; de toestemming kan ook bij de huwelijksakte worden gegeven; is de toestemming door de rechter verleend, dan wordt diens beschikking overgelegd;
- c.
een akte van overlijden van allen wier toestemming voor het huwelijk was vereist, als zij in leven waren geweest;
- d.
in geval van tweede of verder huwelijk, bewijsstukken aantonende dat het vorige huwelijk geen beletsel voor een nieuw huwelijk oplevert;
- e.
het bewijs van de ontheffing of de vergunning van de Minister van Justitie, in geval deze is vereist;
- f.
indien een beschikking als bedoeld in titel 4, afdeling 12, of een vrijstelling krachtens artikel 62 is verkregen, ook deze;
- g.
de verklaring, bedoeld in artikel 31, tweede lid, in geval deze vereist is;
- h.
een door de gezaghebber aan de ambtenaar van de burgerlijke stand afgegeven verklaring waaruit blijkt dat de aanstaande echtgenoot die niet de Nederlandse nationaliteit bezit, over een titel tot verblijf in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba beschikt of om toelating in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba heeft verzocht, dan wel voornemens is niet in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba te verblijven; de verklaring wordt opgesteld op verzoek van de aanstaande echtgenoot op wie zij betrekking heeft; heeft deze geen woonplaats in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba, dan wordt zij opgesteld op verzoek van de andere aanstaande echtgenoot; de verklaring is niet vereist indien de aanstaande echtgenoten aannemelijk kunnen maken dat zij beiden in het buitenland woonplaats hebben.
2.
Voor de voltrekking van het huwelijk worden, naast de in het eerste lid genoemde bescheiden, de volgende bescheiden aan de ambtenaar van de burgerlijke stand overgelegd:
- a.
de akte van huwelijksaangifte;
- b.
indien stuiting heeft plaatsgevonden, het bewijs dat de stuiting is opgeheven;
- c.
een schriftelijke opgave van de namen en de adressen van de personen die zijn uitgenodigd om als getuigen bij de voltrekking van het huwelijk aanwezig te zijn.
3.
De in het eerste en tweede lid genoemde bescheiden vormen de bijlagen van de huwelijksakte.
4.
Bij algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld met betrekking tot de inhoud van het in het eerste lid, onderdeel a, bedoelde gewaarmerkt afschrift van gegevens uit de basisadministratie persoonsgegevens, alsmede de in het eerste lid, onderdeel h, bedoelde verklaring.