Einde inhoudsopgave
Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004
Artikel 13 Handhaving van renteloze lening
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2009
- Bronpublicatie:
25-06-2009, Stb. 2009, 267 (uitgifte: 30-06-2009, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-06-2009, Stb. 2009, 266 (uitgifte: 30-06-2009, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Deze wijziging treedt tegelijk in werking met de Vierde tranche Algemene wet bestuursrecht (25-06-2009, Stb. 264).
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid bijstand / Algemene bijstand
In afwijking van artikel 12 wordt, voor zover het eigen vermogen de van toepassing zijnde vermogensgrens, genoemd in artikel 3 overschrijdt, de renteloze geldlening gehandhaafd na afloop van het tijdvak waarin bijstand is verleend. Met ingang van het jaar volgend op het laatste jaar van de bijstandsverlening wordt hierop een jaarlijkse aflossing van ten minste 10 procent voldaan.