Einde inhoudsopgave
Reglement van het Europees Parlement
Artikel 233 Ontheffing van de Ombudsman van het ambt
Geldend
Geldend vanaf 08-05-2023
- Redactionele toelichting
Treedt in werking op de eerste dag van de eerstvolgende vergaderperiode.
- Bronpublicatie:
19-04-2023, Internet 2023, www.europarl.europa.eu (uitgifte: 19-04-2023, regelingnummer: P9_TA(2023)0107)
- Inwerkingtreding
08-05-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-04-2023, Internet 2023, www.europarl.europa.eu (uitgifte: 19-04-2023, regelingnummer: P9_TA(2023)0107)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Instituties
1.
Een tiende van de leden van het Parlement kan verzoeken om ontheffing van de Ombudsman uit zijn ambt indien hij niet meer aan de voorwaarden voor de uitoefening van zijn ambt voldoet of op ernstige wijze is tekortgeschoten. Indien in de twee voorgaande maanden is gestemd over een dergelijk verzoek om ontheffing van de Ombudsman uit zijn ambt kan een nieuw verzoek alleen worden ingediend door een vijfde van de leden.
2.
Het verzoek wordt voorgelegd aan de Ombudsman en de bevoegde commissie, die verslag uitbrengt aan het Parlement indien de meerderheid van haar leden van mening is dat de aangevoerde argumenten gegrond zijn. De Ombudsman wordt vóór de stemming over het verslag gehoord. Het Parlement neemt na een debat een besluit bij geheime stemming.
3.
Voordat tot stemming wordt overgegaan, vergewist de Voorzitter zich ervan dat ten minste de helft van de leden van het Parlement aanwezig is.
4.
Indien voor ontheffing van de Ombudsman uit het ambt is gestemd en hij hieraan geen gevolg heeft gegeven, verzoekt de Voorzitter uiterlijk tijdens de vergaderperiode volgend op die waarin de stemming plaatsvond het Hof van Justitie om de Ombudsman uit het ambt ontheven te verklaren en om onverwijld hierover uitspraak te doen.
De procedure wordt gestaakt bij vrijwillige ontslagneming van de Ombudsman.