Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsbesluit WVO 2020
Artikel 6.18 Vaststelling begroting
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2022
- Bronpublicatie:
14-10-2021, Stb. 2021, 521 (uitgifte: 05-11-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-08-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-12-2021, Stb. 2022, 13 (uitgifte: 11-01-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Voortgezet onderwijs
1.
Het bevoegd gezag stelt jaarlijks tijdig voor het komende begrotingsjaar een begroting vast voor de school.
2.
De begroting bevat een raming van de baten en lasten van de school en is sluitend. De in de begroting voorziene baten uit de van het Rijk te ontvangen bekostiging komen overeen met de voor het desbetreffende jaar door Onze Minister vastgestelde bekostiging.
3.
Het bevoegd gezag doet de noodzakelijke uitgaven binnen de grenzen van de begroting.
4.
Af- en overschrijving op de uitgavenposten van de begroting kunnen door het bevoegd gezag geschieden overeenkomstig door het bevoegd gezag vastgestelde regels.
5.
Het bevoegd gezag zendt Onze Minister op diens verzoek de vastgestelde begroting. 6. Bij ministeriële regeling kan een model voor de inrichting van de begroting worden vastgesteld.