Einde inhoudsopgave
Verdrag betreffende de sociale zekerheid van rijnvarenden (herzien)
Artikel 24
Geldend
Geldend vanaf 01-12-1987
- Bronpublicatie:
30-11-1979, Trb. 1981, 43 (uitgifte: 02-03-1981, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-12-1987
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-12-1987, Trb. 1987, 191 (uitgifte: 01-01-1987, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Verdragenrecht
Internationale sociale zekerheid / Algemeen
1.
Wanneer een persoon achtereenvolgens of afwisselend als rijnvarende aan de wetgeving van twee of meer Verdragsluitende Partijen onderworpen is geweest, hebben hij of zijn nagelaten betrekkingen recht op uitkeringen overeenkomstig de bepalingen van dit hoofdstuk, zelfs ingeval de betrokkenen, zonder dat deze bepalingen worden toegepast, aanspraak zouden kunnen maken op uitkeringen krachtens de wetgeving van één of meer Verdragsluitende Partijen.
2.
Dit hoofdstuk is echter slechts onder de volgende voorwaarden van toepassing:
- a)
wat betreft de uitkeringen bij invaliditeit of overlijden, dienen de rijnvarenden bij de aanvang van de arbeidsongeschiktheid, gevolgd door invaliditeit of op het tijdstip van overlijden, onderworpen te zijn aan de wetgeving van een Verdragsluitende Partij; als dit niet het geval is, dienen de betrokken personen, voor het recht op uitkeringen bij invaliditeit of overlijden krachtens de wetgeving van elke Verdragsluitende Partij volgens welke het recht op deze uitkeringen afhankelijk wordt gesteld van het vervullen van een tijdvak van verzekering, gedurende een totale periode van tenminste 5 jaar als rijnvarenden tijdvakken van verzekering te hebben vervuld krachtens de wetgevingen van twee of meer Verdragsluitende Partijen;
- b)
wat betreft de uitkeringen bij ouderdom moeten de betrokkenen gedurende een totale periode van ten minste 5 jaar als rijnvarenden tijdvakken van verzekering hebben vervuld krachtens de wetgeving van twee of meer Verdragsluitende Partijen.
3.
De in sub b) van het vorige lid bedoelde verzekeringsduur is niet vereist ingeval de invaliditeitsuitkering overeenkomstig artikel 31 wordt omgezet in ouderdomsuitkering.