Einde inhoudsopgave
Europees Verdrag betreffende de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen inzake het gezag over kinderen en betreffende het herstel van het gezag over kinderen
Artikel 24
Geldend
Geldend vanaf 01-09-1983
- Bronpublicatie:
20-05-1980, Trb. 1981, 10 (uitgifte: 15-01-1981, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-09-1983
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-07-1990, Trb. 1990, 95 (uitgifte: 09-07-1990, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Europees personen- en familierecht
Personen- en familierecht / Gezag en omgang
1.
Iedere Staat kan bij de ondertekening of bij de nederlegging van zijn akte van bekrachtiging, aanvaarding, goedkeuring of toetreding het grondgebied of de grondgebieden aanwijzen waarop dit Verdrag van toepassing is.
2.
Iedere Staat kan op elk later tijdstip, door middel van een aan de Secretaris-Generaal van de Raad van Europa gerichte verklaring, de toepassing van dit Verdrag uitbreiden tot ieder ander in de verklaring aangewezen grondgebied. Ten aanzien van dit grondgebied treedt het Verdrag in werking op de eerste dag van de maand na het verstrijken van een tijdvak van drie maanden na de datum van ontvangst van de verklaring door de Secretaris-Generaal.
3.
Iedere krachtens beide vorige leden gedane verklaring kan, wat ieder in deze verklaring aangewezen grondgebied betreft, worden ingetrokken door een aan de Secretaris-Generaal gerichte kennisgeving. De intrekking wordt van kracht op de eerste dag van de maand na het verstrijken van een tijdvak van zes maanden na de datum van ontvangst van de kennisgeving door de Secretaris-Generaal.