Einde inhoudsopgave
Verordening (EEG) Nr. 4057/86 betreffende oneerlijke tariefpraktijken in het vervoer over zee
Artikel 10 Verbintenissen
Geldend
Geldend vanaf 01-07-1987
- Bronpublicatie:
22-12-1986, PbEG 1986, L 378 (uitgifte: 31-12-1986, regelingnummer: 4057/86)
- Inwerkingtreding
01-07-1987
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-12-1986, PbEG 1986, L 378 (uitgifte: 31-12-1986, regelingnummer: 4057/86)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Internationaal strafrecht / Europees strafrecht en strafprocesrecht
1.
Wanneer in de loop van het onderzoek verbintenissen worden aangeboden die de Commissie, na overleg, aanvaardbaar acht, kan het onderzoek worden beëindigd zonder instelling van compenserende rechten.
De verbintenissen mogen, behalve in uitzonderlijke gevallen, niet later worden aangeboden dan op de laatste dag van de periode waarbinnen ingevolge artikel 7, lid 4, onder c), iii), op- of aanmerkingen kunnen worden ingediend. Tot beëindiging wordt besloten overeenkomstig de procedure van artikel 9, lid 1; kennisgeving en bekendmaking geschieden overeenkomstig artikel 9, lid 2.
2.
De verbintenissen als bedoeld in lid 1 zijn die waarbij de tarieven zodanig worden herzien dat de Commissie ervan overtuigd is dat de oneerlijke tariefpraktijken of de schadelijke gevolgen daarvan worden opgeheven.
3.
Verbintenissen kunnen door de Commissie worden voorgesteld, maar het feit dat dergelijke verbintenissen niet worden aangeboden of dat op een daartoe strekkend verzoek niet wordt ingegaan, mag de behandeling van de zaak niet nadelig beïnvloeden. Indien de oneerlijke tariefpraktijken echter worden voortgezet, kan zulks worden beschouwd als een aanwijzing dat de kans groter wordt dat een dreiging van schade ook tot werkelijke schade leidt.
4.
Indien de verbintenissen zijn aanvaard, wordt het onderzoek naar de schade niettemin voltooid, wanneer de Commissie, na overleg, daartoe besluit of de betrokken rederijen uit de Gemeenschap daarom verzoeken. Indien de Commissie in een dergelijk geval, na overleg, vaststelt dat er geen schade is, komt de verbintenis automatisch te vervallen. Wanneer evenwel een conclusie dat er geen dreiging van schade bestaat, hoofdzakelijk is toe te schrijven aan het bestaan van een verbintenis, kan de Commissie verlangen dat de verbintenis gehandhaafd blijft.
5.
De Commissie kan van elke partij van wie zij een verbintenis heeft aanvaard, eisen dat zij regelmatig inlichtingen met betrekking tot het nakomen van deze verbintenis verstrekt en de verificatie van de desbetreffende gegevens toestaat. Het niet inwilligen van deze eisen wordt uitgelegd als een inbreuk op de verbintenis.