Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 472/2013 versterking economische en budgettaire toezicht op lidstaten in eurozone die ernstige moeilijkheden ondervinden of dreigen te ondervinden ten aanzien van financiële stabiliteit
Artikel 2 Lidstaten onderworpen aan verscherpt toezicht
Geldend
Geldend vanaf 30-05-2013
- Bronpublicatie:
21-05-2013, PbEU 2013, L 140 (uitgifte: 27-05-2013, regelingnummer: 472/2013)
- Inwerkingtreding
30-05-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-05-2013, PbEU 2013, L 140 (uitgifte: 27-05-2013, regelingnummer: 472/2013)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
Overheidsfinanciën / Begroting
1.
De Commissie kan besluiten een lidstaat die ernstige moeilijkheden ondervindt of dreigt te ondervinden met betrekking tot zijn financiële stabiliteit, hetgeen waarschijnlijk ongunstige overloopeffecten zal hebben op andere lidstaten in de eurozone, onder verscherpt toezicht te stellen.
Bij het beoordelen of een lidstaat ernstige moeilijkheden met betrekking tot diens financiële stabiliteit dreigt te ondervinden, maakt de Commissie naast andere parameters gebruik van het waarschuwingsmechanisme, zoals ingesteld bij artikel 3, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1176/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 november 2011 betreffende de preventie en correctie van macro-economische onevenwichtigheden (1) of, indien beschikbaar, de meest recente diepgaande evaluatie. De Commissie voert eveneens een alomvattende beoordeling uit, waarbij zij in het bijzonder rekening houdt met de leenvoorwaarden van die lidstaat, het terugbetalingprofiel van diens schuldverplichtingen, de robuustheid van diens begrotingskader, de houdbaarheid op lange termijn van diens overheidsfinanciën, de zwaarte van de schuldenlast en het risico op besmetting als gevolg van ernstige spanningen in diens financiële sector naar zijn budgettaire positie of naar de financiële sector van andere lidstaten.
De betrokken lidstaat wordt de mogelijkheid geboden zijn standpunten kenbaar te maken alvorens de Commissie haar besluit om die lidstaat aan verscherpt toezicht te onderwerpen, vaststelt. De Commissie besluit om de zes maanden of het verscherpte toezicht op die lidstaat wordt verlengd.
2.
Indien de Commissie uit hoofde van lid 1 besluit een lidstaat onder verscherpt toezicht te stellen, stelt zij de betrokken lidstaat naar behoren in kennis van alle resultaten van de in lid 1 bedoelde beoordeling en stelt zij dienovereenkomstig de Europese Centrale Bank, in haar hoedanigheid van toezichthouder, de desbetreffende ETA's en het ESRB in kennis.
3.
De Commissie stelt een lidstaat onder verscherpt toezicht, indien een lidstaat anticiperende financiële bijstand ontvangt van één of meerdere andere lidstaten of derde landen, het EFSM, het ESM, de EFSF of een andere betrokken internationale financiële instelling, zoals het IMF.
De Commissie maakt de in overeenstemming met lid 1 en met dit lid genomen besluiten openbaar.
4.
Lid 3 is niet van toepassing op een lidstaat die anticiperende financiële bijstand ontvangt in de vorm van een kredietlijn die niet van de vaststelling van nieuwe beleidsmaatregelen door de betrokken lidstaat afhankelijk is gesteld, mits er geen beroep op de kredietlijn wordt gedaan.
5.
De Commissie maakt ter informatie een lijst van de instrumenten bekend die voorzien in anticiperende financiële bijstand als bedoeld in lid 3, en houdt deze actueel, zodat rekening kan worden gehouden met mogelijke wijzigingen in het beleid inzake financiële bijstand van het ESM, de EFSF of van een ander betrokken internationale financiële instelling.
Voetnoten
PB L 306 van 23.11.2011, blz. 25.