Einde inhoudsopgave
Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland nopens de samenvoeging van de grenscontrole en de instelling van gemeenschappelijke spoorwegstations of van grensaflosstations aan de Nederlands-Duitse grens
Artikel 4
Geldend
Geldend vanaf 28-09-1960
- Bronpublicatie:
30-05-1958, Trb. 1958, 81 (uitgifte: 27-06-1958, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
28-09-1960
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-09-1961, Trb. 1961, 95 (uitgifte: 01-01-1961, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Vrij verkeer
Ambtenarenrecht / Bijzondere onderwerpen
Douane (V)
1.
De wettelijke en administratieve bepalingen van het nabuurland, die bij de grenscontrole toegepast kunnen worden, gelden in de zone zoals zij gelden in de gemeente onder welke de dienstonderdelen, die in het nabuurland met de grenscontrole zijn belast, ambtelijk ressorteren. Die gemeente wordt door de Regering van dat land aangewezen.
2.
In de zin van de in het eerste lid bedoelde bepalingen van het nabuurland heeft in de zone grensoverschrijding plaats, zodra de grenscontrole van het land van uitgang is beëindigd.
3.
Bij de overtreding van die bepalingen in de zone zijn de gerechtelijke instanties en de autoriteiten van het nabuurland tot strafvervolging en berechting bevoegd, alsof de overtreding is begaan in de gemeente, onder welke de dienstonderdelen ambtelijk ressorteren.