Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2019/1896 betreffende de Europese grens- en kustwacht en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1052/2013 en Verordening (EU) 2016/1624
Artikel 80 Bescherming van de grondrechten en een grondrechtenstrategie
Geldend
Geldend vanaf 04-12-2019
- Bronpublicatie:
13-11-2019, PbEU 2019, L 295 (uitgifte: 14-11-2019, regelingnummer: 2019/1896)
- Inwerkingtreding
04-12-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-11-2019, PbEU 2019, L 295 (uitgifte: 14-11-2019, regelingnummer: 2019/1896)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Grensbewaking
EU-recht / Instituties
Douane (V)
1.
Overeenkomstig het relevante recht van de Unie waarborgt de Europese grens- en kustwacht bij het uitoefenen van zijn taken op grond van deze verordening de bescherming van de grondrechten, met name het Handvest en het relevante internationale recht, waaronder het Verdrag betreffende de status van vluchtelingen van 1951, het protocol van 1967 bij dit Verdrag, het Verdrag inzake de rechten van het kind en de verplichtingen inzake de toegang tot internationale bescherming, in het bijzonder het beginsel van non-refoulement.
Daartoe stelt het Agentschap, met de bijdrage van en onder voorbehoud van goedkeuring door de grondrechtenfunctionaris, een grondrechtenstrategie en een grondrechtenactieplan op, waaronder een doeltreffend mechanisme om erop toe te zien dat bij alle activiteiten van het Agentschap de grondrechten worden geëerbiedigd, voert deze strategie uit en werkt dat plan nader uit.
2.
De Europese grens- en kustwacht waarborgt bij het uitoefenen van zijn taken datgeen enkele persoon, in strijd met het beginsel van non-refoulement, wordt gedwongen te ontschepen in, binnen te reizen in, wordt geleid naar of op een andere wijze wordt overgedragen aan of teruggeleid naar de autoriteiten van een land waar hij onder andere een ernstig risico loopt om aan de doodstraf, foltering, vervolging of een andere onmenselijke of vernederende behandeling of bestraffing te worden onderworpen, of waar zijn leven of vrijheid zou worden bedreigd vanwege zijn ras, godsdienst, nationaliteit, seksuele geaardheid, lidmaatschap van een bepaalde sociale groep of zijn politieke overtuiging, of waar hij het risico loopt op uitzetting, verwijdering, uitlevering of terugkeer naar een ander land in strijd met het beginsel van non-refoulement.
3.
De Europese grens- en kustwacht houdt bij het uitoefenen van zijn taken rekening met de bijzondere behoeften van kinderen, niet-begeleide minderjarigen, personen met een handicap, slachtoffers van mensenhandel, personen die medische bijstand behoeven, personen die internationale bescherming behoeven, personen die op zee in nood verkeren en andere personen in een bijzonder kwetsbare situatie, en komt binnen zijn mandaat tegemoet aan deze behoeften. De Europese grens- en kustwacht besteedt bij al zijn activiteiten bijzondere aandacht aan de kinderrechten en garandeert dat de belangen van kinderen worden geëerbiedigd.
4.
Het Agentschap houdt bij het uitoefenen van zijn taken in zijn betrekkingen met lidstaten en zijn samenwerking met derde landen rekening met de verslagen van het in artikel 108 bedoelde adviesforum en van de grondrechtenfunctionaris.