Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2021/1060 houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds Plus, het Cohesiefonds, het Fonds voor een rechtvaardige transitie en het Europees Fonds voor maritieme zaken, visserij en aquacultuur en de financiële regels voor die fondsen en voor het Fonds voor asiel, migratie en integratie, het Fonds voor interne veiligheid en het Instrument voor financiële steun voor grensbeheer en visumbeleid
Artikel 84 Voorwaarden voor de toepassing van verbeterde proportionele regelingen
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2021
- Bronpublicatie:
24-06-2021, PbEU 2021, L 231 (uitgifte: 30-06-2021, regelingnummer: 2021/1060)
- Inwerkingtreding
01-07-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-06-2021, PbEU 2021, L 231 (uitgifte: 30-06-2021, regelingnummer: 2021/1060)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
EU-recht / Financiering
1.
De lidstaat kan de in artikel 83 bedoelde verbeterde proportionele regelingen tijdens de programmeringsperiode op elk gewenst moment toepassen, mits de Commissie in haar gepubliceerde jaarlijkse activiteitenverslagen voor de laatste twee jaar voorafgaand aan een dergelijk besluit van de lidstaat heeft bevestigd dat het beheer- en controlesysteem van het programma goed functioneert en het totale foutenpercentage voor elk jaar 2 % of minder bedraagt. Wanneer wordt nagegaan of het beheer- en controlesysteem van het programma goed functioneert, houdt de Commissie rekening met de deelname van de betrokken lidstaat aan de nauwere samenwerking inzake de instelling van het Europees Openbaar Ministerie.
Indien een lidstaat besluit de in artikel 83 bedoelde verbeterde proportionele regelingen toe te passen, stelt de lidstaat de Commissie in kennis van de toepassing van dergelijke regelingen. In dat geval is de regeling van toepassing vanaf het begin van het daaropvolgende boekjaar.
2.
De lidstaat kan de in artikel 83 bedoelde verbeterde proportionele regelingen reeds aan het begin van de programmeringsperiode toepassen, mits wordt voldaan aan de in lid 1 van dit artikel beschreven voorwaarden ten aanzien van een soortgelijk programma dat in 2014–2020 is uitgevoerd en mits de voor het programma 2021–2027 vastgestelde beheer- en controleregelingen grotendeels op de regelingen van het vorige programma voortbouwen. In dat geval zijn de verbeterde proportionele regelingen van toepassing vanaf de aanvang van het programma.
3.
De lidstaat zorgt daartoe voor een beschrijving van het beheer- en controlesysteem vastgesteld in artikel 69, lid 11, en van de auditstrategie vastgesteld in artikel 78, of past die dienovereenkomstig aan.