Einde inhoudsopgave
Besluit investeringsaftrek 2014
2.4 Nog niet aangewezen bedrijfsmiddel
Geldend
Geldend vanaf 27-03-2014. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 17-03-2014
- Bronpublicatie:
17-03-2014, Stcrt. 2014, 8550 (uitgifte: 26-03-2014, regelingnummer: BLKB 2014/106M)
- Inwerkingtreding
27-03-2014, terugwerkend tot: 17-03-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-03-2014, Stcrt. 2014, 8550 (uitgifte: 26-03-2014, regelingnummer: BLKB 2014/106M)
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
Inkomstenbelasting / Winst
Het kan voorkomen dat een belastingplichtige investeert in een bedrijfsmiddel dat op dat moment nog niet op de energie- of milieulijst staat. Voor de hierna volgende goedkeuring is van belang dat:
- 1.
een bedrijfsmiddel op het moment van investeren voldoet aan de doelstelling van de regelingen, en
- 2.
het feit dat het bedrijfsmiddel niet op de lijst staat, de ondernemer niet kan worden aangerekend.
Dat een bedrijfsmiddel niet op de lijst staat kan enkele oorzaken hebben:
- a.
het bedrijfsmiddel is niet onder de aandacht gebracht van het desbetreffende ministerie;
- b.
het bedrijfsmiddel is wel onder de aandacht van het desbetreffende ministerie gebracht maar op dat moment is niet voldoende aangetoond dat aan de (technische) voorwaarden zou worden voldaan.
In situatie a. is niet voldaan aan voorwaarde 2, investeringsaftrek (of Vamil) is dan niet mogelijk. In situatie b is wel voldaan aan voorwaarde 2, maar het aantonen dat aan de doelstelling wordt voldaan, is nog niet mogelijk. Bij b. kan nog onderscheid worden gemaakt tussen het geval dat het bedrijfsmiddel is ontwikkeld door een derde en het geval dat het bedrijfsmiddel is ontwikkeld door de aanmelder.
Als het bedrijfsmiddel door een derde is ontwikkeld, wordt het standpunt ingenomen dat de koper zich heeft kunnen realiseren dat geen Vamil, MIA of EIA mogelijk is. Als hij desondanks toch heeft geïnvesteerd, kunnen de gevolgen hem worden aangerekend. Er is dan geen goedkeuring mogelijk.
Goedkeuring
Als sprake is van de ontwikkeling van een bedrijfsmiddel binnen het eigen bedrijf dat, op het moment dat de ondernemer er in heeft geïnvesteerd, niet, maar later wel op de lijst is opgenomen, kan een verzoek om een goedkeuring worden gedaan. Een dergelijk verzoek moet worden gedaan binnen dezelfde termijn die geldt voor ambtshalve vermindering en wordt gericht aan Belastingdienst/Directie Vaktechniek Belastingen/Cluster Vpb-IBwinst, Postbus 20201, 2500 EE Den Haag.