Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) Nr. 318/2006 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker
Artikel 18 Particuliere opslag en interventie
Geldend
Geldend vanaf 30-10-2007
- Bronpublicatie:
09-10-2007, PbEU 2007, L 283 (uitgifte: 27-10-2007, regelingnummer: 1260/2007)
- Inwerkingtreding
30-10-2007
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-10-2007, PbEU 2007, L 283 (uitgifte: 27-10-2007, regelingnummer: 1260/2007)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
Agrarisch recht (V)
Ondernemingsrecht / Economische ordening
1.
Indien de geconstateerde gemiddelde communautaire prijs gedurende een representatieve periode lager is dan de referentieprijs en, gezien de marktsituatie, waarschijnlijk op dat niveau zal blijven, kan steun voor de particuliere opslag van witte suiker worden verleend aan ondernemingen waaraan een suikerquotum is toegekend.
2.
Gedurende de verkoopseizoenen 2006/2007, 2007/2008, 2008/2009 en 2009/2010 koopt het door ieder suikerproducerende lidstaat aangewezen interventiebureau tot een totale hoeveelheid van 600 000 ton, uitgedrukt in witte suiker, per verkoopseizoen voor de Gemeenschap de aangeboden witte of ruwe suiker op, mits de betrokken suiker:
- —
geproduceerd is in het kader van quota en vervaardigd is van in de Gemeenschap geoogste suikerbieten of suikerriet;
- —
is opgeslagen volgens een tussen de verkoper en het interventiebureau gesloten contract.
De interventiebureaus kopen de betrokken hoeveelheden op tegen 80 % van de in artikel 3 vastgestelde referentieprijs voor het verkoopseizoen volgende op het verkoopseizoen waarin het aanbod is gedaan. Indien de kwaliteit van de suiker verschilt van de standaardkwaliteit waarvoor de referentieprijs is vastgesteld, wordt deze prijs dienovereenkomstig verhoogd of verlaagd.
3.
De interventiebureaus mogen de suiker alleen verkopen tegen een prijs die hoger is dan de referentieprijs die is vastgesteld voor het verkoopseizoen waarin de verkoop plaatsvindt.
Overeenkomstig de procedure van artikel 39, lid 2, kan evenwel, met inachtneming van de verbintenissen uit hoofde van de op basis van artikel 300 van het Verdrag gesloten overeenkomsten, worden besloten dat de interventiebureaus:
- a)
de suiker mogen verkopen tegen een prijs die gelijk is aan of lager is dan de in de eerste alinea bedoelde referentieprijs indien de suiker bedoeld is
- —
voor gebruik als diervoeder, of
- —
voor de uitvoer, zonder verdere verwerking dan wel na verwerking tot de in Bijlage I van het Verdrag genoemde producten of tot de in Bijlage VII van deze verordening genoemde producten, of
- —
voor industrieel gebruik in de zin van artikel 13.
- b)
de bij de interventiebureaus aanwezige onverwerkte suiker op de interne markt voor menselijke consumptie beschikbaar zullen stellen aan — door de betrokken lidstaat of door de Commissie in gevallen dat een lidstaat deze niet heeft erkend — erkende liefdadigheidsinstellingen tegen een prijs die lager is dan de huidige referentieprijs of gratis voor distributie in het kader van individuele spoedhulpoperaties.