Einde inhoudsopgave
Besluit vakantie en vrijstelling van dienst ambtenaren BES
Artikel 33
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2015
- Bronpublicatie:
04-03-2015, Stb. 2015, 124 (uitgifte: 26-03-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-04-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-03-2015, Stb. 2015, 124 (uitgifte: 26-03-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ambtenarenrecht / Vergoeding
Ambtenarenrecht / Verlof
Ambtenarenrecht / Ziekte
1.
De ambtenaar die wegens ziekte verhinderd is zijn dienst uit te oefenen, geeft daarvan onverwijld kennis aan het bevoegd gezag.
2.
Het bevoegd gezag kan van de ambtenaar overlegging van een geneeskundige verklaring vorderen of hem door een geneeskundige laten onderzoeken.
3.
Ter verkrijging van een vrijstelling van dienst wegens ziekte van meer dan drie achtereenvolgende dagen, is overlegging van een geneeskundige verklaring door de ambtenaar verplicht.
4.
Vrijstelling van dienst wegens ziekte van meer dan dertig dagen of verlenging daarvan waardoor deze vrijstelling van dienst van langere duur wordt dan dertig dagen, wordt door het bevoegde gezag slechts verleend indien uit een schriftelijke verklaring, afgegeven door één of meerdere door de overheid aangewezen geneeskundigen, blijkt dat de betrokken ambtenaar wegens ziekte verhinderd is zijn dienst uit te oefenen. In de door deze geneeskundige afgegeven verklaring wordt, met inachtneming van het gestelde in artikel 31, derde lid, het tijdvak aangegeven waarin de ambtenaar vermoedelijk zijn dienst niet zal kunnen uitoefenen. Indien verblijf in het buitenland noodzakelijk blijkt, wordt tevens hiervan, met vermelding van de plaats van verblijf en de wijze waarop de reis moet worden volbracht, mededeling gedaan.