Einde inhoudsopgave
Uitvoeringswet Haags Bewijsverdrag 1970
Artikel 22 [Verlof voorzieningenrechter voor onderzoekshandelingen door commissaris]
Geldend
Geldend vanaf 01-12-2008
- Redactionele toelichting
Op rogatoire commissies die ontvangen zijn voor de inwerkingtreding van deze wijziging blijft het recht zoals het gold voor de datum van inwerkingtreding van deze wijziging van toepassing.
- Bronpublicatie:
09-10-2008, Stb. 2008, 411 (uitgifte: 01-01-2008, kamerstukken: 31286)
- Inwerkingtreding
01-12-2008
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-10-2008, Stb. 2008, 411 (uitgifte: 01-01-2008, kamerstukken: 31286)
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Internationaal privaatrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De autoriteit, bedoeld in artikel 17, eerste lid, onder a) van het verdrag, die verlof moet verlenen tot de uitvoering van onderzoekshandelingen door een daartoe benoemde commissaris is: de voorzieningenrechter van de rechtbank van het arrondissement waar de onderzoekshandeling moet worden verricht. In geval van een getuigenverhoor of deskundigenverhoor is dit het arrondissement waar de getuigen of deskundigen, of het grootste aantal van hen, woonachtig zijn of verblijven.
2.
De voorzieningenrechter kan aan het verlof voorwaarden verbinden die hij uit het oogpunt van een goede procesorde nuttig of noodzakelijk acht. Hij kan bepalen dat het onderzoek of verhoor geschiedt in het gerechtsgebouw onder toezicht van een door hem aan te wijzen rechter.
3.
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de in het tweede lid bedoelde voorwaarden.
4.
Het in het eerste lid bedoelde verlof wordt, onverminderd het bepaalde in het voorgaande lid, slechts verleend wanneer voldaan is aan de volgende voorwaarden:
- a)
De betrokken getuige of deskundige moet behoorlijk zijn opgeroepen bij een oproeping die is gesteld in het Nederlands of vergezeld gaat van een vertaling in het Nederlands. De oproeping moet bovendien vermelden:
- —
de gegevens en een korte omschrijving van de procedure waarin het onderzoek of het verhoor is verzocht alsmede de rechter van wie het verzoek afkomstig is;
- —
dat de verschijning vrijwillig geschiedt en dat een weigering om te verschijnen, de eed of de belofte af te leggen of een verklaring af te leggen, niet kan leiden tot enigerlei maatregel of straf van welke aard ook tegen de betrokkene, noch in Nederland, noch in de Staat waar de procedure aanhangig is;
- —
dat de betrokkene zich kan doen bijstaan door een raadsman;
- —
dat de betrokkene zich overeenkomstig artikel 11 van het verdrag kan beroepen op een recht van verschoning of een verbod tot het afleggen van een verklaring;
- —
dat de kosten van verschijning door de met het onderzoek belaste commissaris worden vergoed.
- b)
Een afschrift van de onder a) bedoelde oproeping moet worden toegezonden aan de voorzieningenrechter.
- c)
Het verzoek moet de reden aangeven, waarom de onderzoekshandeling aan de commissaris is opgedragen, alsmede de hoedanigheid van de commissaris, tenzij een in Nederland bevoegde advocaat als zodanig is aangewezen.
- d)
De kosten van de uitvoering van de onderzoekshandeling, met name de kosten van de getuigen, deskundigen of tolken, moeten worden vergoed.